Matera is een van de twee Culturele Hoofdsteden van 2019. De stad ligt in Basilicata, de regio tussen de teen en de hak van de voet van Italië. Een relatief onbekend gebied. Maar dat is aan het veranderen, op die lekker langzame, ietwat chaotische Italiaanse wijze.

De sassi zijn tegen de berghellingen aangeplakt
De eerste blik op sasso Barisano vanaf het uitzichtpunt op het Piazza Vittorio Veneto is indrukwekkend. Ik zie hoge hellingen vol kalkstenen huizen. Ze zijn zonder enige open ruimte op elkaar geplakt, lijkt het. Vergelijkingen komen boven. Een gatenkaas, een bijenkorf, luchtig opgeklopt eiwit met hier en daar een hoge (kerktoren)toef. Living on the edge wordt vrij letterlijk genomen in Matera. Slechts een smal pad scheidt de uit kalksteen gehakte grotwoningen van de diepte van het ravijn.

Een van de uitzichtpunten over de sassi van Matera

De eerste blik op sasso Barisano in Matera
Slenteren door steegjes
Eerder, tijdens het ontbijt bij mijn grothotel Le Dimore Dell’Idris, ontmoette ik Paola Saraceno. Ze is veehouder en woont buiten de stad maar kocht enkele jaren geleden ook een grotwoning in Matera. Net als vele anderen die de potentie zagen. Paola ziet de stad bijna dagelijks veranderen. Trendy en hippe plekken schieten als paddenstoelen uit de grond. Zo positief als iedereen nu over deze historische wijken praat, ze negatief was dat ruim een halve eeuw geleden.

De sassi vormen een fotogenieke achtergrone
Matera, de achilleshiel van Italië
Tot de jaren ’50 deelden de inwoners van Matera hun grotwoningen met hun dieren. Er was geen stromend water, geen elektriciteit, geen riool en geen andere moderne voorzieningen die voor de rest Italië al normaal geworden waren. Er heerste armoede, de kindersterfte was extreem hoog, er waren zelfs ziekten als malaria. Matera was de achilleshiel van Italië. Auteur Carlo Levi vestigde in 1945 de aandacht op de erbarmelijke leefomstandigheden in de sassi met zijn boek Christ stopped at Eboli. Men sprak er schande van dat in die tijd mensen nog zo leefden. Het was tijd een pagina om te slaan en een nieuwe weg te bewandelen. De regering verbood het wonen in de sassi. De meeste bewoners verhuisden in de jaren ’50 al dan niet vrijwillig naar huizen in het nieuwe, hoger gelegen stadsdeel. De sassi waren aan de elementen overgeleverd.

De vroege ochtendzon kleurt de sassi warmgeel
Het tweede leven van de sassi
Toch zijn het juist de grotwoningen die Matera nu weer op de kaart zetten. Ditmaal met een positieve vibe. De opleving begon voorzichtig in 1993 toen de sassi Unesco Werelderfgoed werden. En mede dankzij deze unieke leefcultuur is Matera nu Europese Culturele Hoofdstad 2019.
De enige manier om de sassi goed te verkennen is lopend. Rond zonsopgang dwaal ik door smalle steegjes, verken ik pleinen en geniet ik van uitzichtpunten. Ik daal af van de ene trap, beklim een volgende. Ik loop binnen bij grotkerkjes, bewonder kleine patio’s met miniterrasjes en enkele potten met planten. Er zijn vele bijzondere details op huizen en mooie doorkijkjes. Dit is een ontdekkingsreis door 9000 jaar geschiedenis. De zon kruipt hoger en hoger, de temperatuur loopt op en het steen van de huizen transformeert van warm geel naar koel wit.

Wandelen door de sassi in de vroege ochtenduren

Her en der vind je terrasjes, privé of behorend bij B&B of café
Sassi: niet shabby maar charmant
Ik heb geen idee meer waar ik ben in dit historische doolhof. Hier heeft Google maps even niets te zoeken. Gelukkig is er één centraal punt dat van vrijwel overal zichtbaar is. De kathedraal torent hoog uit boven sasso Barisano. Het is van buiten een vrij sober gebouw, maar van binnen een en al pracht en praal. Vanaf het Piazza Duomo daal ik weer vele treden af op weg naar het huis van Ortega. Deze Spaanse schilder woonde en werkte enkele jaren in Matera tijdens zijn ballingschap. Zijn huis en enkele bijzondere werken zijn tegenwoordig te bezoeken en te bezichtigen. Maar daarvoor moet je wel eerst een afspraak maken in een van de andere musea in Matera, het Musma, waar in verschillende grotwoningen hedendaagse kunst tentoongesteld wordt.

Zelfs Google maps raakt de weg kwijt in de sassi

Let op de details terwijl je door de straten slentert
Hippe adresjes in Matera
Meer 21ste eeuw is er in de bovenstad die tussen sasso Barisano en sasso Caveoso ligt. Vanaf de kathedraal leidt een winkelstraat naar Piazza Vittoria Veneto. Paola vertelde al dat ik in de Via Duomo unieke boetiekjes, stijlvolle winkels, fijne koffietentjes en leuke restaurants zou vinden. Tijd voor een sterke espresso op een van de trendy terrasjes.

Matera wordt steeds hipper en populairder
Om daarna op het Piazza Vittoria Veneto nog één keer in het verleden te duiken. Onder het prachtige plaveisel ligt namelijk de op een na grootste cisterne ter wereld: 16 meter diep, 50 meter lang. Een kathedraal voor water. Groot genoeg om 5 miljoen liter water op te slaan. Nu de sassi aangesloten zijn op stromend water is deze wateropslag niet meer nodig. Maar wat een prachtige herinnering aan de voltooid verleden tijd in deze unieke stad.

De oude cisternen, de ondergrondse wateropvang
Matera als Culturele Hoofdstad
Al die historie zorgt voor duizenden, tienduizenden herinneringen. Speciaal voor de Culturele Hoofdstad zijn er interviews gehouden met 300 inwoners over de plekken in de stad waaraan zij bijzondere herinneringen hebben. Samen zijn die tot een voorstelling gesmeed. Er is ook een soort emotionele plattegrond uitgeven waarop verhalen en plekken in de stad samenkomen.

Een van de kerken van Matera, pal naast een ravijn
Uitstapjes op een uur rijden van Matera
Craco is een spookstad, prachtig gelegen op een heuvel in Basilicata in het zuiden van Italië. Aan de steile kant van de heuvel lijkt het alsof de huizen uit de 400 meter hoge rotsen groeien. Aan de andere kant vloeien de huizen als romige slagroom van de heuvel af de groengele velden in. De Grieken waren de eerste bewoners, blijkt uit gevonden graftombes uit de 8ste eeuw v.Chr. Daarna kwamen en gingen diverse eigenaren en heersers. In de hoogtijdagen woonden er bijna 2600 mensen in het dorp. De geschiedenis van de stad is een aaneenschakeling van tegenslagen en ellende. Van pestuitbraken en aardverschuivingen tot overstromingen. De aardbeving in 1980 was de laatste druppel. Ook de laatste inwoners trokken weg en Craco werd een spookstad.

Nu wonen er enkel nog dieren in Craco, Basilicata
Met een gids door Craco
Nu kun je gewapend met helm tegen eventueel vallend gesteente samen met een gids ontdekken wat er over is van deze intrigerende stad want sinds 2010 is de stad een openluchtmuseum. Renovatiewerkzaamheden moeten voorkomen dat ook de laatste karkassen van huizen verdwijnen. Craco dient tegenwoordig ook geregeld als filmdecor. De film Christ stopped in Eboli was de eerste film die hier werd opgenomen. Vele films volgden.

Met helm op op excursie in spookdorp Craco, Basilicata

Uitzicht over de ruïnes van spookdorp Craco
-
Kleine Dolomieten van Lucane
Basilicata is met slechts 580.000 inwoners en een oppervlakte van ongeveer twee keer de provincie Noord-Brabant een zeer dun bevolkte regio van Italië. En dat betekent des te meer ruimte voor natuur. Midden in dat niemandsland liggen de dorpen Castelmezzano en Pietrapertosa, twee Borghi più belli d’Italia, omgeven door groene bergtoppen van het natuurpark waarin ze liggen. Boven het groen pieken grijze, rotsige bergtoppen waar dit gebied de naam Kleine Dolomieten van Lucane (Piccole Dolomiti Lucane) aan dankt.

Dreigende wolkenluchten boven de Kleine Dolomieten van Lucarna

Wandelen door de Kleine Dolomieten van Lucarna
Picture perfect Pietrapertosa
Pietrapertosa is zo’n picture perfect stadje. Gids Donato zet er stevig de pas in richting het uitzichtpunt ofwel punto panoramica zoals bordjes melden. Wat een prachtig landschap, zelfs als een dreigende onweerslucht de zon verdrijft. Maar de regen blijft aan de andere kant van de bergkam plakken. Wat ons de kans biedt ook het kasteel te bezoeken. Hier ligt zo’n 1000 jaar historie van Arabieren, Noormannen, Fransen en Spanjaarden die kwamen en gingen. Het zijn veel treden naar boven maar het uitzicht vanaf daar is iedere zweetdruppel waard.

Bergdorp Pietrapertosa is een mooie uitvalsbasis voor wandelingen in de Kleine Dolomieten van Lucane

Pietrapertosa ligt verscholen in de Kleine Dolomieten van Lucane

Blije bewoner van Pietrapertosa
Vliegensvlug naar Castelmezzano
Vanaf Pietrapertosa kun je met een engelenvlucht via het dal naar buurdorp Castelmezzano vliegen. En terug. Een tocht van in totaal bijna 3 kilometer die je hangend aan een kabel aflegt met een topsnelheid van 120 kilometer per uur. Gewoon de auto nemen kan ook. Dan bereik je Castelmezzano via idyllische landweggetjes waar schapen- en geitenherders hun kuddes over leiden. Het middeleeuwse Castelmezzano is zo mogelijk nog schilderachtiger dan het buurdorp. Als een amfitheater liggen de pastelkleurige huizen tegen de bergen. Op het Piazza Emilio Caizzo klit iedereen tegen zonsondergang bij elkaar. Alsof ook zij dit prachtige dorp voor het eerst zien.

Uitzicht over het bergdorp Castelmezzano

Zonsondergang in Castelmezzano, Basilicata, Italie
Hotels in Basilicata
* In Matera zijn verschillende grotwoningen omgebouwd tot hotels. Ik sliep in B&B Le Dimore dell’Idris in Sasso Caveoso. ’s Morgens ontbijt je hier op een terrasje met uitzicht op sasso Caveoso en sasso Barisano. Twee, drie minuten lopen de heuvel op en je staat voor de grotkerk Chiesa della Madonna de Idris met enkele prachtige fresco’s.

Veel van de grotwoningen in de sassi zijn nu hotels en B&B’s
* In Pietrapertosa kun je slapen in huizen die leeg stonden en nu omgebouwd zijn voor toeristen. Het zijn kleine appartementen met soms alleen een bed, badkamer en kleine kitchenette. Maar soms ook twee verdiepingen met huiskamer en slaapkamers boven.
MEER ITALIE
Van de Kleine Dolomieten naar de grote Dolomieten, lees ook mijn Italië-blog over wandelen in Trentino.
Fietsroute Die Bergstrasse ligt in de warmste regio van Duitsland. Een mooie voor- en najaarsbestemming dus. Wij kozen voor standplaats Heidelberg en maakte vandaar enkele tochtjes naar romantische stadjes in de buurt.

Het landschap langs de Bergstrasse fietsroute in Duitsland
“When angels are on holiday the weather is nice”, is de reactie van iemand in Weinheim, als we zeggen dat we zo ontzettend blij zijn met het aangenaam warme, zonnige weer zo vroeg in het voorjaar. Mijn reisgenote en ik moeten er bijna van blozen. Een meer nuchtere verklaring is natuurlijk dat de Bergstrasse in de warmste regio van Duitsland ligt. Vandaar de bijnaam Duits Toscane. Afijn, hoe dan ook, we genieten. Het eerste wat we dan ook doen als we in Weinheim aankomen, is fietsen stallen en een plek uitzoeken op een van de vele terrasjes op het Marktplein voor een koffie met croissant.

Koffietijd? Zoek een plekje op het centrale plein vol terrassen in Weinheim
Fietsen van Heidelberg naar Darmstadt
We hebben er dan al een fietstocht vanaf Heidelberg opzitten via de Bergstrasse die van Heidelberg naar Darmstadt loopt, een traject van ongeveer 85 kilometer langs onder meer glooiende wijngaarden en rijen fruitbomen. Of eigenlijk zijn er twee routes, de klassieke route en de natuurroute die elkaar op sommige plekken kruisen. Op het stuk Heidelberg-Weinheim is de natuurroute veel vlakker dan de klassieke. Dus wie niet meer hoogtekilometers wil maken dan strikt noodzakelijk…

Al fietsend passeer je verschillende schattige dorpjes
Volop historie in Weinheim
Weinheim is klein maar desondanks een stadje waar we uren blijven plakken. De eeuwen historie spatten hier van de huizen, kerken en kastelen. En alles ziet er zo schattig uit dankzij de vele vakwerkhuizen. Vroeger waren er in de stad veel leerlooierijen en aan de prachtige huizen te zien verdienden enkelen daar goed geld mee. Het marktplein waar ook het oude stadhuis staat, was de plek voor de handel. Nu geniet iedereen daar op de terrassen van het goede leven.

Een van de knusse straten in Weinheim

Kunstig vakwerk in Weinheim, Duitsland
Maar dé verrassing van Weinheim is het vele groen. Er is een rozentuin, een homeopathische tuin, een exotisch bos en, onze favoriet, een botanische tuin Hermannshof. Het is een oase van bloeiende planten en bloesemende bomen, mede dankzij het mediterrane klimaat. De oudste bomen zijn al ruim 240 jaar oud.

Rondom Weinheim is het vooral heerlijk groen

Tulpen, tulpen, tulpen, het lijkt Nederland wel hier in Weinheim

Een van de oudste bomen in Weinheim, Duitsland
Culinair genieten langs die Bergstrasse
Van de Hermannshof is het enkele minuten wandelen naar de kasteeltuin. We waren van plan op het marktplein iets te eten maar kregen de tip om naar het Schlosspark restaurant te gaan. Misschien niet de plek om in een sportieve fiets-outfit te gaan zitten, maar wij hebben gelukkig een redelijk nette broek met T-shirt aan. Het restaurant is een mooie mix van een klassiek, chique decor met moderne inrichting. En de gerechten? Te lekker. En zo betaalbaar ook, bijvoorbeeld een hoofdgerecht van zalm op aspergerisotto en een soepje vooraf voor 14 euro.

Tijd voor de lunch in Weinheim langs de Bergstrasse
Heuvelachtige Bergstrasse
De terugweg begint met enkele pittige hellinkjes maar gaat daarna dalen we voornamelijk. Het eerste stuk is het wel goed opletten op de bordjes want we blijven links- en rechtsaf slaan, maar als we Weinheim eenmaal uit zijn, wordt het makkelijker. De weg gaat over in een rustig landweggetje en daarna in een fietspad. Een van de leukste stadjes die we op de terugweg passeren is wijnstad Schriesheim. Buurstad Ladenburg laten we even links liggen (of eigenlijk rechts) want dat is de bestemming voor morgen. Voor we er erg inhebben, zien we de eerste huizen van Heidelberg alweer.

Nog 18 km dan zijn we weer in Heidelberg
Fietsen langs de Neckar
Dag twee voelt Heidelberg al als thuis en dus besluiten we even niet op bordjes te letten maar kriskras door de stad richting rivier te fietsen. Er liggen verschillende bruggen over de Neckar, dus het is eenvoudig om naar de overkant te komen. We beginnen weer met een stuk Bergstrasse maar die buigt op een gegeven moment af en wij willen graag zo dicht mogelijk langs de rivier blijven rijden want ook daar ligt een heerlijk fietspad. Het is genieten van de ruisende gele koolzaadvelden en de fluitende vogels. Wat een rust. Ladenburg is wat bescheidener van omvang dan Weinheim. Maar ook hier zorgen de vele vakwerkhuizen weer voor sfeer. Er zijn volop terrassen voor een kop koffie en op vrijdag is er markt, altijd leuk. En handig voor het inkopen van wat picknickspullen voor een al fresco-lunch op een bankje aan het water.

Bruggen over de Neckar verbinden de twee dele van Heidelberg

Het charmante stadje Landenburg ligt ook langs de Bergstrasse

Let op de details op de huizen in Ladenburg, Duitsland

Koffie op een knus terras in Ladenburg langs de Bergstrasse
Relaxt fietsen lang de rivier
Net voor we Ladenburg in reden, zagen we een pontje naar de overkant. Een kaartje met fiets kost maar 60 cent en aan de overkant blijkt er alweer een fietspad vlak langs de rivier te lopen. Op ons gemak trappen we de 16 kilometer terug. Tijd genoeg om ’s middags Heidelberg te verkennen. Alles over de bezienswaardigheden en hotspots in Heidelberg beschreef ik al in een eerdere blog.

Met het veerpontje naar de overkant van de Neckar rivier
De kastelen van die Bergstrasse fietsroute
De Bergstrasse rijgt zo’n 30 kastelen en paleizen als een parelketting aan elkaar. De mooiste is waarschijnlijk het slot in Heidelberg. Dit kasteel was het decor van een romantisch liefdesverhaal: dat van de zeventienjarige Frederik V die trouwde met de even oude Engelse Elizabeth Stuart. Voor haar veranderde hij het eeuwenoude fort bovenop de berg in een paleis. Vanuit de paleistuin heb je een wijds uitzicht over de rivier en de prachtige Alte Brücke. Heidelberg is een bruisende studentenstad, met meanderende straatjes, een lange autovrije winkelstraat, prachtige bouwwerken en veel restaurants en cafés.

Ontdek het romantische verhaal van dit slot in Heidelberg
De trendy wijken van Heidelberg
We springen nog even op de fiets om de statige panden in de chique wijk Neuenheim aan de overzijde van de Neckar te bewonderen. En voor een dosis hip en trendy peddelen we naar de wijken die grenzen aan de oude stad: Bergheim en Weststadt. De Märzgasse en de Plöck zijn de straten voor leuke winkeltjes en hippe koffietentjes. Nog zin in een beetje cultuur? Dan is Sammlung Prinzhorn (Voßstrasse 2) een aanrader. De kunst die je hier ziet, is gemaakt door psychiatrische patiënten. We eindigen de dag in Cave 54 (Krämergasse 2), de oudste jazzclub van Duitsland waar zelfs Ella Fitzgerald op het podium stond.

Cultuur snuiven bij museum Sammlung Prinzhorn in Heidelberg

De mooiste brug over de Neckar ligt in Heidelberg
Lekker duurzaam: Fietsvakantie Heidelberg
-
Met de trein naar Heidelberg
De afstand Utrecht – Heidelberg is ongeveer 475 kilometer. Of ga met de trein, de snelste trein legt de afstand Utrecht-Heidelberg in iets meer dan vier uur af. In een aantal treinen kan de fiets mee.

Heidelberg en de Neckar, mijn stadplaats voor een fietstocht langs de Bergstrasse
-
De Bergstrasse fietsroute
Wij kozen voor standplaats Heidelberg maar het is ook mogelijk de Bergstrasse helemaal tot aan Darmstad of vice versa te rijden, een afstand van ongeveer 85 kilometer. Ook nu geldt: de natuurvariant is vlakker dan de klassieke Bergstrasse. Op deze website kun je de route invoeren en hoogteverschillen zien, ook in het Nederlands.
Geen vakantie zonder voorpret. Op deze website vind je informatie over de Bergstrasse en de plaatsen langs de route.

De Bergstrasse fietsroute staat ook op borden goed aangegeven
Tip: Te weinig tijd om de bijna 40 kilometer van Heidelberg naar Weinheim en terug te rijden? Dan kun je ook tram 5 van Heidelberg naar Weinheim nemen (de fiets mag gratis mee) en terugfietsen.
Restaurants in Heidelberg: 4 x eten
Heidelberg is een studentenstad. Dus waarom niet een keer in de mensa (het universiteitsrestaurant) eten? Een van de weinige gebouwen die niet in vlammen opging tijdens de grote brand van 1693 is de Marstall, grenzend aan de oude stadsmuur. Het interieur is volledig gepimpt en de oude stallen doen nu dienst als mensa. Iedereen is welkom, ook niet studenten. Het buffet bestaat uit een royale hoeveelheid salades en warme gerechten, vlees, vis en vegetarisch. Je schept op waar je trek in hebt, zet het bord bij de kassa op de weegschaal en afrekenen maar. Vervolgens is het kiezen tussen aanschuiven aan de tafels binnen of op de binnenplaats buiten.
-
Take away van de beste bakker
Wil je iets lekkers te eten meenemen voor onderweg? Fiets dan in Heidelberg eerst even langs bakker Göbes (Plöck 34) en koop de specialiteit: nusszopf. Dit is een brioche-achtig brood met kaneel en amandelspijs. Heerlijk. Ook voor vroege vogels, de winkel gaat al om 6 uur ’s morgens open.
Een aanrader voor (parttime) vegetariërs/veganisten is restaurant Red (Poststrasse 2). Ook een buffetrestaurant met verrassende en zeer smaakvolle vegetarische en veganistische gerechten. Take-away is ook mogelijk.

Lekker vegetarisch en vegan eten bij restaurant Red
-
Klassiek restaurant Heidelberg
Een klassieker in Heidelberg is Goldener Hecht (Steingasse 2), met een knusse inrichting en een klassieke keuken. De locatie is perfect, vlakbij de oudste brug van de stad. Het is beroemd omdat Goethe bijna in het bijbehorende hotel geslapen had: helaas waren alle bedden bezet toen hij aanklopte.

Traditioneel restaurant Goldener Hecht in Heidelberg
Hotels in Heidelberg: 3 x slapen
-
Viersterren hotel NH Heidelberg
Hotel NH Heidelberg ligt vlakbij het oude centrum van Heidelberg. Een deel van het NH Heidelberg hotel is nieuwbouw met trendy ingerichte kamers, een andere deel is ondergebracht in een voormalige brouwerij en ademt historie. In de lobby is de trap te zien waar de oude meesterbrouwer Friedrich Kleinlein ook op liep op weg naar een tweede, verborgen trap. Ben je in Heidelberg voor een weekendje-weg, vraag dan naar de Lazy Sunday late check out om 5 uur ’s middags.
-
Designhotel in Heidelberg
Is een design boutique hotel meer jouw ding, dan boek je een kamer in Boutique Hotel Heidelberg Suites. De 19de eeuwse villa is prachtig van buiten en adembenemend van binnen. Elk detail klopt. En dan het uitzicht over de rivier naar het oude centrum en het kasteel van Heidelberg.
Steffi’s Hostel ligt heel praktisch vlakbij het centrale treinstation van Heidelberg. Je kunt er kiezen voor de privacy van een tweepersoonskamer of een budget-bed (22 euro) op een 10 persoonskamer. En van alles daar tussenin. Er zijn een paar fietsen beschikbaar die je gratis kunt lenen. Bovendien is er een keuken voor gemeenschappelijk gebruik waar ook de hele dag gratis koffie en thee beschikbaar is.
Vegan eten is in Helsinki geen enkel probleem. Overal waar ik vroeg om een plantaardiger menu kreeg ik de meest fantastische gerechten voorgeschoteld, bomvol smaak en als schilderijtjes zo mooi. Mijn top 3 van restaurants in Helsinki waar je voortreffelijk vegan en vegetarisch kunt eten.
Restaurant Shelter
Daar bij de waterkant ligt restaurant Shelter. Het begon een jaar of drie geleden met een kleine eettentje, inmiddels zijn er twee verdiepingen en een royaal terras. Vraag hier zeker naar het archipelago brood, het typische Finse donkerbruine brood met een knapperig zout karamel laagje. Ik krijg verder een vegan menu. Het feestje begint met groene asperges met truffelsaus van zomertruffel. Daarna een geglaceerd bloemkooltje uit de oven met allerlei lekkers er omheen. Goed klaargemaakt zijn groenten zo fantastisch. Voor het dessert heb ik geen ruimte meer, maar om me heen zie ik prachtige toetjes op tafels staan.
Restaurant Shelter, Kanavaranta 7, Helsinki
Restaurant Lonna
Lonna is een eilandje op zo’n tien minuten varen van de haven van Helsinki. Velen gaan hierheen om in een unieke omgeving naar de sauna te gaan. Maar ga daarna niet gelijk naar huis, maar boek een tafeltje in het restaurant. Dat is een nog onvergetelijker ervaring. Op het schoolbord staat een vegan hoofdgerecht met favabonen en uien. Het klinkt niet heel spannend maar de presentatie is geweldig en de smaak zo mogelijk nog beter. Wow. Die gerookte uien, de boterzachte favabonenmousse en uienmouse opgeleukt met microgreens en blaadjes van paarse violen. Ik heb ditmaal wel ruimte voor het dessert: bietjes en bietjesijs met verse dragon. Een perfecte afsluiter. En dan is er als toegift de boottocht terug naar het centrum terwijl de ondergaande zon de skyline in vuur en vlam zet.
Neem vanaf de markt in Helsinki de JT Ferry naar Lonna
Restaurant El Fant
Koffiebar (overdag) en wijnbar (’s avonds) El Fant is zeer vegan-friendly. Ik ben met een groepje mensen en al snel staat de tafel vol met schalen gevuld met heerlijke gerechten. Niet enkel vega(n) want er zijn ook vlees- en viseters bij. Maar voor mij worden er zelfs nog enkele schaaltjes extra gebracht. Heel afwisselend, mooi gepresenteerd en ik zou zo alles nog een keer bestellen bij een volgend bezoek. De theeselectie is erg goed dus zelfs voor een kop thee met een vegan stukje taart zou ik er graag weer binnenstappen. El Fant is ook beroemd vanwege de smakelijke brunches op zaterdag en zondag.
Restaurant El Fant, Katariinankatu 3, Helsinki
De wereld een beetje beter maken wil bijna iedereen. Maar dan het liefst wel op een leuke manier. Bijvoorbeeld door met Plastic Whale de Amsterdamse grachten schoon te vissen.

De sloepen van Plastic Whale zijn gemaakt van PET flessen opgevist uit de Amsterdamse grachten
Dat rondzwervend plastic een vernietigend effect heeft op mens, dier en milieu is inmiddels een open deur. Denk aan de beelden van een opengesneden walvissen met tientallen kilo’s plastic in hun maag en aan de oceanen die vol zitten met plastic soep. Volgens een onderzoek van de University of Newcastle in Australië krijgt de gemiddelde mens per week trouwens ook ongeveer een bankpasje aan plastic binnen. Oeps. Plastic Whale probeert plastic afval op een leuke manier te verminderen: varend door de Amsterdamse grachten gewapend met visnetje.

Even een rustmomentje als we wat sneller door Amsterdam varen
Ruim 300 enthousiaste vrijwilligers
En dus doen we een dag duurzaam. Ruim 300 milieubewuste enthousiastelingen hebben zich de dag na Pride Amsterdam verzamelt bij het Scheepvaartmuseum. Daar liggen de kleurige sloepen van Plastic Whale plus tientallen andere boten van schippers die vrijwillig meedoen met dit bijzondere evenement. De bedoeling is dat we met z’n allen het water opgaan om zoveel mogelijk plastic en ander afval uit de Amsterdamse grachten te vissen. Voorzien van een schepnetje en met een enorme dosis positieve energie steken we van wal.

Nog even de laatste instructies en dan mogen we gaan plastic vissen

Tijdens het plastic vissen is er voldoende tijd om van Amsterdamse grachten te genieten

Afval dat niet in het netje past, mogen we niet meenemen.
Plastic Whale: fanatiek vissen
Fanatisme is niemand vreemd bij ons aan boord. Al snel dirigeren we schipper Majel naar de kleinste stukjes plastic. Gelukkig let zij wel op het andere scheepvaartverkeer en voorkomt zo ongelukken. We hebben drie plastic zakken aan boord. Een voor PET-flessen, een voor overig plastic en een voor ander afval. Want ja, ook dat nemen we mee. Het is duidelijk waarvoor we het doen: de boot waarin we varen is gemaakt van onder meer 6000 opgeviste PET-flessen. In de vloer zie je de flessendoppen zitten. Van de plastic flessen wordt tegenwoordig ook kantoormeubilair gemaakt.

Visnetjes in de aanslag, klaar voor enkele uren plastic vissen

Relaxt en toch duurzaam zo’n middagje plastic vissen met Plastic Whale

Yes, weer een stuk plastic uit de Amsterdamse grachten gevist
Bijzondere vangsten
Geregeld roept iemand van de kant ons toe dat we goed bezig zijn. Toeristen aan boord van rondvaartboten zetten ons zelfs op de foto! Voor Majel al heel normaal, zij gaat gemiddeld twee keer per week op pad met groepen plastic-vissers. De meest vreemde voorwerpen worden aan boord geschept. Soms ook met leuke verhalen. Ooit vond een groep een portemonnee. Aan de hand van een pasje werd de eigenaar al tijdens het varen opgespoord, ’s avonds had die de portemonnee terug. Ook is er een keer een tas met sleutels gevonden en enkele enorme knuffels. Om het fanatisme op te voeren is er een prijs voor het meest bijzondere voorwerp dat wordt opgevist.

Er is altijd een prijs voor het meest originele object dat uit de gracht gevist is
Bijna 100 zakken afval
Na een paar uur varen verzamelen we weer bij het Scheepvaartmuseum. Onze vangst valt een beetje tegen. Vroeg in de ochtend heeft Waternet namelijk al een opruimrondje door de grachten gemaakt. “Zij doen het grove schoonmaakwerk, wij zijn de tandenstokers als het gaat om het plastic opruimen”, is de uitleg van Majel. Maar alle boten bij elkaar hebben deze dag toch 94,5 zakken vol plastic en andere afval verzameld. Waarvan 18 zakken vol PET-flessen. Reden genoeg voor een paar high fives en een borrel na.

In totaal zijn tijdens dit Plastic Whale event bijna 100 zakken (plastic) afval uit de grachten gevist
Ook vissen met Plastic Whale?
Twee keer per jaar, de dag na Koningsdag en de dag na Pride Amsterdam, is er een speciaal Plastic Whale evenement: met zoveel mogelijk mensen de vervuilde grachten schoonvissen. Meedoen is die dag gratis. De rest van het jaar kun je een excursie Plastic Whale vissen boeken, kosten 25 euro p.p. Je kunt ook als bedrijf een event boeken voor je hele team. Meer informatie vind je op de website van Plastic Whale, daar kun je ook gelijk een excursie boeken.

Een Plastic Whale groepsfoto met de afvalbuit van de dag

De zakken met plastic en ander afval worden gescheiden weggebracht.
De man met een missie
Marius Smit startte in 2011 met een missie: een boot bouwen van plastic afval. Drie jaar later is de eerste boot gemaakt van PET-flessen opgevist uit de Amsterdamse grachten een feit. Inmiddels is er een vloot van 11 Plastic Whale sloepen (9 in Amsterdam en 2 in Rotterdam) en nog steeds worden er zakken vol plastic uit de grachten gevist. In 2018 gingen er 13.000 mensen gewapend met een netje mee op plastic jacht. In totaal stapten al 25.000 mensen aan boord van een Plastic Whale boot. Van het afval worden inmiddels niet alleen boten gemaakt maar ook lampen en kantoormeubelen als tafels en stoelen.

Nooit gedacht dat vissen zo leuk kon zijn: plastic vissen met Plastic Whale

Plastic en ander afval selecteren
Milieubewust varen in Amsterdam
Schipper tijdens mijn Plastic Whale experience was Majel. Eerder ontmoette ik haar tijdens een Wetlands Safari-kanotocht door de groene achtertuin van Amsterdam. In een blog schreef ik over deze heerlijke ontspannen en duurzame dag op het water.

Kanoën door het pittoreske dorpje Watergang
Sneukelen is de lekkerste manier om Gent te verkennen. Dus plan je een stedentrip, hou dan tijd vrij voor een sneukeltoer waarbij je allerlei culinaire adresjes aandoet en overal van mag proeven.

Bij DOK Brewing Company in Gent brouwen ze elke biersoort maar een keer
Om kennis te maken met de traditionele en moderne Gentse eet- en drink-tradities heb ik via Vizit een paar uur sneukelen door Gent geboekt. Ofwel kuierend door Gent de leukste insidersverhalen en anekdotes over de stad horen, intussen binnenwippend bij culinaire adresjes voor proevertjes. Sneukelen betekent namelijk snoepen, smikkelen en/of smullen en dat doen we volop. Tijdens het wandelen geniet ik van alle prachtige gebouwen in de stad. Onze tour begint in het oudste deel van de stad, Patershol. Dit is één van de meest creatieve wijken van Gent waar in de jaren ‘70 kunstenaars naartoe kwamen. Zij werden op de voet gevolgd door kleinschalige winkels en anders dan doorsnee restaurants. Eén daarvan is restaurant Jetje waar je Jetje’s lievelings eten-van-oma op je bord vindt. Oma Jetje had hier op de Kraanlei maar liefst 35 jaar een kantwinkeltje. Nu ontvangt kleindochter Pauline je in een ambiance van die goede oude tijd van toen.

Gent, stad van de bezienswaardigheden en vega(n) hotspots
Sneukelen in Gent
Aan de Zuivelbrugstraat/hoek Kraanlei valt de bijna een eeuw oude behangwinkel Priem op. Sommige van de bijzondere behangsoorten zijn door een van de winkeleigenaren zelf ontworpen. Hier tik je echt een uniek (retro) behangetje op de kop. Dit is sneukelen met je ogen.
Voor zoetekauwen is snoepwinkel of, chiquer, Confiserie Temmerman tegenover de behangwinkel een verplichte stop. Het winkeltje begon met de verkoop van peperkoek, daarna volgde snoepgoed met opmerkelijke namen als muilentrekkers (heel zure snoepjes), nonnekesbillen, punaizen, vuile talluure en wippers. Hoe bestel je dat zonder dat het schaamrood je naar de kaken stijgt? Als we een snoepje mogen proeven, kies ik heel veilig een neus ofwel een cuberdon gemaakt van frambozen, een specialiteit van Gent en alleen in België te koop.

Behang van Priem in Gent, candy for your eyes

Koop bij confiserie Temmerman een sneukelzakje vol snoep
Biertje? Schoen inleveren!
We zijn inmiddels op de Vrijdagmarkt aangekomen. Onlangs las ik hoeveel glazen, borden, servetten, bestek en meer er gestolen wordt in de horeca. Café de Dulle Griet heeft er iets op gevonden. Bestel je hier een MAX-glas (1,2 liter) bier dan moet je een schoen afgeven. Die wordt in een mandje naar het plafond gehesen. Je krijg hem terug zodra je het koetsiersglas weer inlevert. Bestel je een van de andere 449 soorten bier, dan mag je je schoenen gewoon aanhouden.

Na het sneukelen nog even genieten op een terrasje tijdens je stedentrip Gent
Pittig sneukelen: scherpe mosterd
Op de Groentenmarkt is het winkeltje van mosterdfabriek Tierenteyn-Verlent. Ze maken er nog altijd zelf hun mosterd. Zonder toevoegingen dus je moet het in koelkast bewaren. De mosterd wordt achterin de winkel uit een ton in potjes geschept. Sterk spul trouwens. Ze verkopen ook allerlei andere producten, mocht scherpe mosterd niet jouw ding zijn. Via het Groot Vleeshuis steken we door naar de Poeljemarkt. In het Groot Vleeshuis is nu een winkel die Vlaamse streekproducten en delicatessen verkoopt. Mocht je nog een zakje Gentse Neuzen willen meenemen, die kun je hier kopen. Insiders zeggen dat ze beduidend goedkoper zijn dan de neuzen die je bij de karretjes op straat koopt.

Mosterd met een historie koop je bij mosterdfabriek Tierenteyn-Verlent

Mosterdfabriek Tierenteyn-Verlent in het centrum van Gent
Fietsen naar de Lousbergmarkt
Bij de Poeljemarkt halen we huurfietsen op (bij De Fietsambassade Gent) want het volgende adres ligt net buiten het centrum. De overdekte Lousbergmarkt in de gelijknamige straat ligt naast het groenovergoten Koningin Astridpark waar we de fietsen stallen. In de Lousbergmarkt ontmoeten we Filip van kaasmakerij Het Hinkelspel. “Tot een jaar of negen geleden werd de kaas in deze hal gemaakt,” vertelt hij, “maar de ruimte werd te klein.” Nu verkoopt een coöperatie van tien kaasmakers hun biologische kaas in de markthal, de rest van de ruimte wordt door andere producenten gebruikt.

Filip van Het Hinkelspel snijdt de kaas in hapklare stukken

Sneukelen in Gent: kaas proeven bij de Lousbergmarkt
Biogroenten en desembrood
Bij de Lousbergmarkt verkopen boeren hun biodynamische fruit en groenten en er zijn bakkers die het heerlijkste desem brood verkopen. Bij De Bergen kun je terecht voor ontbijt, lunch (vaak bereid met ingrediënten van de markt) of een iets te drinken. Filip laat ons graag de rauwmelkse kazen proeven die de coöperatie maakt. De kazen zijn verrukkelijk, vooral die met fenegriek en de natuurlijke rode schimmel, de rondborstige (zoals ze zelf zeggen) pas de rouge.

Verse groenten op de Lousbergmarkt in Gent
De nieuwe trendy wijk van Gent
We fietsen nog wat verder de stad uit, richting een gebied dat snel aan het verhippen is, bij de oude dokken. Daar is brewpub en microbrouwerij Dok Brewing Company in een van de oude panden gevestigd. In hal 16 waar transformatoren gemaakt werden, wordt sinds 2018 bier gebrouwen. En wat voor bier. Dok Brewing Company is eigenlijk een creatieve speeltuin. Er is veel variatie en de bieren worden maar één keer gemaakt. Dus kom je hier vaker, dan heb je steeds een keuze uit nieuwe smaken. Denk bijvoorbeeld aan bier met wilde bosbessen en tonkabonen, met vanille en amaretto of met een lekkere rooksmaak.

De dokken zijn de upcoming wijk van Gent, en onderdeel van een middag sneukelen
Bijzondere bieren van Dok Brewing Company
Er wordt altijd 1000 liter gebrouwen en is het eerste nieuwe biertje getapt, dan gaan alle medewerkers rond de tafel zitten en verzinnen ze in 5 minuten een naam voor het brouwsel. Studenten maken vervolgens een tekening voor het etiket op basis van naam en beschrijving. In het eerste jaar dat de brouwerij bestaat, zijn er 18 soorten bier gemaakt. Bij DOK Brewing Company hebben ze altijd 30 bieren op tap. Gemiddeld 10 van de eigen DOK-bieren, de overige van andere brouwerijen

Een kleine selectie van de bijzondere bieren van Dok Brewing Company
Duizelingwekkend alcoholpercentage
Ik ben geen bierliefhebber, maar laat me toch verleiden door de omschrijving van nummer 30, een vol bier met een duizelingwekkend hoog alcoholpercentage. “Pas hier mee op hè”, krijg ik als advies als Dimitri me het glas aangeeft. Geen overbodige waarschuwing. Dit is bier voor een lome avond bij de openhaard. Probeer je meerdere biertjes, bestel er dan iets te eten bij. Een lekker rokerig gerecht van de barbecue bijvoorbeeld, of een burger of wat fingerfood. Er zijn altijd veggie-varianten verkrijgbaar. Zo wordt een gepland kort bezoekje een lange avond.

Tijdens een toertje sneukelen kan bierproeven natuurlijk niet ontbreken
HOTELS IN GENT
Slapen in Gent, dat doe je natuurlijk is stijl.
-
Hotel Monasterium Poortackere
Hotel Monasterium Poortackere is een plaatje. Ooit was er op deze plek een begijnhof, later een godshuis voor behoeftige vrouwen. Later werd het een klooster, en de trendy inrichting herinnert nog aan die tijd. Vaak wel met een vette knipoog, en dat maakt het wel zo leuk. Groot pluspunt zijn de rustige ligging en het Nespressoapparaat op de kamer voor het betere wakker worden.
1898 Hotel de Post is waarschijnlijk een van de meest sfeervolle designhotels van Gent. De luxe en stijlvolle inrichting van de kamers brengt je zo terug in de tijd van de rijke kooplieden. De kamers hebben afhankelijk van de afmetingen namen van de postzegel tot de postkoets plus nog enkele suites. Met Graslei als locatie zit je hier ook nog eens supercentraal.
-
Eco-vriendelijk: Hotel Harmony
Een van de meeste eco-vriendelijke hotels van Gent is Hotel Harmony aan de Kraanlei 37. Als je voor de deur staat, wordt en al een beetje verliefd op de oude panden waarin het hotel gevestigd is. Zie de inrichting van de kamers dan ben je echt verkocht. Iets minder duurzaam is het verwarmde buitenzwembad van hotel Harmony. Hotel Harmony ligt in Patershol, de oudste wijk van Gent.
MEER GENT
Zoek je meer veggie-adresjes in Gent? Lees dan ook mijn blog over Gent als Veggie-hoofdstad van Europa.
Eens in de drie jaar wordt in Gent het Lichtfestival georganiseerd. De eerstvolgende keer is van 27 t/m 31 januari 2021. Ben je er buiten dat festivaljaar, download dan de Lichtwandeling, een tour langs bezienswaardigheden in Gent die iedere avond mooi uitgelicht worden. Tot 12 uur ’s nachts. Sharp!
In een stad zo vol toeristen, is het altijd even zoeken naar pure plekken die nog niet door toeristen overspoeld worden. In Sevilla bracht het me in wijken en barretjes waar ik tijdens eerdere bezoeken nog niet geweest was.

Op het dak van de hop-on hop-off bus door Sevilla
Mijn zoektocht naar de minder toeristische adresjes in Sevilla begint op een super-toeristische manier. Met de City Sightseeing hop-on hop-off bus. En dat is niet voor niets. Die bustoer is namelijk door iemand van Sevilla bedacht. Wat onmiddellijk opvalt terwijl de bus door de stad meandert, is dat er weliswaar meer toeristen zijn dan tijdens vorige bezoeken, maar verder is de stad niet zoveel veranderd.

Sevilla verkennen met de hop-on hop-off bus
Stedentrip: oude vertrouwde Sevilla
En dat is ook wel eens prettig. Dat je niet weer dezelfde soorten hipster coffee to go tentjes (hoe leuk vaak ook) ziet als in veel andere steden. Het meest verhippende van de afgelopen jaren was de bouw van de Metropol Parasol, de enorme parasols of paddenstoelen op een vrij klein pleintje. Maar die setas torenen ook alweer een respectabel aantal jaren boven het winkelend publiek uit. Het blijft een mooie bezienswaardigheid, lopend over de toppen van de paddenstoelen kijk je eindeloos ver.

De indrukwekkende Metropol Parasol in Sevilla

De Metropol Parasol schurken bijna tegen omliggende gebouwen

Wandelen over de Metropol Parasol in Sevilla
De hop-on-hop-of bus
Ik besluit een tijdje in de bus te blijven zitten terwijl we verder door de stad rijden. Vanaf het dak ziet een stad er opeens weer anders uit. De route gaat door de relatief rustige wijken zoals Triana aan de andere kant van de Guadalquivir rivier, om via een tweede brug weer het water over te steken. Ik stap uit bij de Macarena poort, ofwel de Arco de la Macarena. Het blijkt een statige gele poort met daaraan vast een stuk van de oude stadsmuren. Dit is een deel van de stad waar ik nooit eerder was. En waar ik vrijwel geen andere toeristen tegenkom.

Met de hop-on hop-of bus de Guadalquivir over

Stedentrip Sevilla, de stadspoort in de wijk Macarena, Sevilla

De stadsmuur in de wijk Macarena, Sevilla
City trip Sevilla: de wijk Macarena
Zigzaggend wandel ik door de Macarena wijk naar het oude centrum. In Sevilla nemen mensen nog de tijd om rustig te lunchen in plaats van een snelle sandwich/salade aan het bureau (mijn slechte eetgewoonte). De geuren van versbereide maaltijden waaieren via openstaande ramen uit over de straten. Het is halfdrie, mijn Hollandse maag knort dan al een uur of twee. Ik stuit op een kleine markt, de Mercado de Feria, in de Calle Feria. Op de kramen ligt fruit dat niet eerst thuis op de fruitschaal moet rijpen maar waar je zo in kunt (en wilt) bijten. Zoet geurende plaatjes zijn het!

De markt in de wijk Macarena, Sevilla

Vers fruit op de markt in de wijk Macarena, Sevilla
Lunchen in Macarena
Tussen de markthallen en de kerk ligt het terrasje van tapasbar La Cantina verstopt. Yes, lunchtijd! In en rond de markt zitten meer leuke adresjes. Voor meeneemmaaltijden ga je naar Muerde Verde. En de lekkerste taart haal je bij Mamé Inés. Schuin aan de overkant ligt tot slot de Urban Food Market met fast food lekkers van over de hele wereld. Niet allemaal even duurzaam maar fijn voor een snelle snack.

Lunchen in de wijk Macarena tijdens je city trip Sevilla

De Urban Food Market in de Macarena wijk in Sevilla
Food tour langs geheime adresjes
In de wijk Macarena bleek het heel makkelijk om leuke adresjes te vinden waar de Sevillianen ook graag komen. In het oude toeristische centrum is dat een grotere uitdaging. Dus ik heb een gastronomische food tour geboekt bij gids Adolfo van Sevilla Ambassadors. Een avond lang laat hij me de adressen zien waar hij met zijn vrienden graag komt. Hij organiseert trouwens ook shopping tours langs (delicatessen)winkels of langs traditionele boetiekjes waar bijvoorbeeld ambachtelijke producten zoals handgemaakte waaiers verkocht worden.

Gids Adolfo van Sevilla Ambassadors bedenkt welke tapas hij gaat bestellen
We beginnen bij Casa Morales (Calle García de Vinuesa, 11), een old school bar/restaurant (uit 1850) met metershoge wijnvaten van keramiek langs de muur. De familie verkoopt nog altijd rode wijn van wijngaarden die ooit in hun bezit waren. Maar daarnaast wordt er ook veel sherry geschonken in de bar. En die varieert van mierzoet tot gortdroog. Adolfo besteld de rode wijn van het huis. Daarbij krijgen mijn groepsgenoten en ik tapas: queso viejo ofwel oude kaas, pimientos de padrón, pepertjes die soms heel scherp kunnen zijn, andere keren verrassend mild. Voor de vleeseters is er wang van het varken en voor de vegans verrukkelijke alcachofas en salsa verde, artisjokken in een groene saus van peterselie en olijfolie. Wow. En dit is pas het eerste adresje.

Bij bar Casa Morales zie je vooral locals en nauwelijks toeristen

Kies de tapas maar uit bij bar Casa Morales

Tapas eten bij bar Casa Morales in Sevilla

Oude wijnvaten van keramiek bij bar Casa Morales
-
Winkel annex bar Casa Moreno
Even denk ik dat ik het concept verkeerd begrepen heb als Adolfo een winkel binnenloopt. We zouden toch barretjes bezoeken? Maar Adolfo loopt langs de toonbank en verdwijnt door een smalle opening. En dan staan we inderdaad in een mini-bar. Echt een insider-tip! Casa Moreno (Calle Gamazo, 7) blijkt een abacería te zijn, een combinatie van delicatessenwinkel en bar. Handig, want zie je wat lekkers in de winkel, dan kun je dat in de bar geserveerd krijgen. Adolfo laat een pot espárragos (asperges) uit de winkel aanrukken die fantastisch combineren met de halfdroge sherry die we proeven. De queso payoyo, een soort schapenkaas uit Cádiz, is trouwens ook onweerstaanbaar. Even zondigen tegen mijn vegan eten regime. De Jamón Ibérico laat ik links liggen. Voor de vleeseters zijn er ook nog Montadito de chorizo y queso de cabra, gevulde broodjes met chorizo en geitenkaas.

De winkel van abaceria Casa Morena staat bomvol etenswaren

Sherry drinken bij abaceria Casa Moreno

Asperges en sherry bij abaceria Casa Moreno

Zelfs de bonnetjes zijn nog lekker traditioneel
De derde stop is een echte sherrybar, Barbiana (Calle Albareda, 11). De eigenaren produceren hun eigen manzanilla sherry, een droge variant dus. Ik ben geen liefhebber van dit drankje maar in het kader eet (en drink) als de locals drink ik toch een glaasje mee. Voor de niet vega’s worden garnalen en iets met rundvlees aangerukt, ik krijg een stoofpotje met erwten, kikkererwten en bonen. Verder zijn er aardappeltjes met peterselie, ui, een heel goede olijfolie en azijn. Helaas zijn de ortiguillas al op. Ik had het graag geprobeerd deze tapas van gefrituurde zeewier, knapperig van buiten en boterzacht van binnen. Het klinkt bijzonder genoeg om nog eens terug te gaan.

Een tafel vol tapas bij Barbiana sherrybar in Sevilla

Een stoofpotje met kikkererwten bij Barbiana sherrybar
-
Cocktailbar Premier Sherry
De laatste stop, het is inmiddels na middernacht, is een cocktailbar die luistert naar de naam Premier Sherry (Calle Jaén, 1). Natuurlijk kun je hier cocktails op basis van sherry krijgen. Maar ik probeer een andere, de Barrameda, op basis van Bombay, citroensap, cointreau, gembersiroop en nog wat geheime ingrediënten. Heerlijk. Wat ontzettend leuk om zo de geheime barretjes van de stad te leren kennen, die er zelfs middenin het toeristische centrum van de stad blijken te zijn. En dankzij Adolfo kreeg ik vele tips over de verschillende tapas en drankjes die de Sevillanos geregeld bestellen. Aanrader zo’n food tour. En nu is het tijd voor mijn bed.

Cocktailbar Premier Sherry is een mooie en lekkere afsluiter van de food tour

Cocktails drinken tijdens de food tour door Sevilla
Duurzame hoteltips voor Sevilla
Boek de speciale groene kamer in hotel Bécquer in Sevilla en je bent ervan verzekerd dat je beter dan ooit op je eco-footprint gaat letten. Familiehotel Bécquer ligt in het oude stadsdeel van Sevilla, op tien minuten lopen van de kathedraal. Lekker centraal dus. Vanaf het dakterras heb je uitzicht over La Giralda, de kathedraal en de rest van Sevilla. Mocht het echt te heet worden in de stad, er is zelfs een zwembad die zo milieuvriendelijk mogelijk gefilterd wordt.
-
Un Patio en Santa Cruz boutique hotel
Een boutique hotel maar ook duurzaam, dat is Un Patio en Santa Cruz hotel. Zoals de naam al doet vermoeden ligt dit hotel in de knusse Santa Cruz wijk van Sevilla. Met alle bezienswaardigheden op loopafstand een fijne, groene keuze. Het hotel doet er alles aan om de ecologische voetstap zo klein mogelijk te houden. Maar de kamers zijn er gelukkig niet minder gezellig door. En ook hier is weer een dakterras waar je graag tot zonsondergang blijft zitten.
-
Hotel Pasarela bij Plaza de España
Ben je ook zo gek op Plaza de España en het María Luisa park? Dan is dit duurzame hotel Pasarela een top keuze voor jou. En het is ook maar een minuut of tien lopen naar de wijk Santa cruz. Hotel Pasarela was een van de eerste hotels in Sevilla die zich serieus bezig ging houden met duurzaamheid. Als je van wat modernere kamers houdt, vraag dan een van de gerenoveerde kamers.
Hotel Kivir zit aan de andere kant van de rivier, in de Triana wijk. Het vroeg 20ste eeuwse gebouw is onlangs gerenoveerd en daarbij is op alle mogelijke manieren rekening gehouden met duurzaamheid. De kamers zijn strak en modern ingericht maar gelukkig niet kil maar ook sfeervol. Ik houd wel van een beetje rust. Heb je een kamer met balkon en uitzicht op de rivier geboekt, dan is het lastig je kamer van hotel Kivir te verlaten. Ook dit hotel heeft een zwembad met zwembadbar.
MEER STEDENTRIPS VOOR FOODIES
Dichterbij Nederland is Gent (België) een heel goede keuze voor iedereen die op zoek is naar goede vegetarische en vegan restaurants.

Om in België te blijven, ook Namen (of Namur) is een heerlijke bestemming voor wie een duurzame stedentrip wil maken.

De Citadel van Namen torent boven de stad uit
Genieten van rust & ruimte, van groen & water en ook milieubewust bezig zijn, dat kan allemaal met de kanotochten van Wetlands Safari. Op tien minuten bus-afstand van Amsterdam ligt het natuurgebied Ilperveld. Hier kanoën zet je volledig in de relax-modus. Dat ik dit nu pas, na ruim 30 jaar op steenworp afstand gewoond te hebben, ontdek.

Kanoën door het pittoreske dorpje Watergang
Toeristen ontdekken het veel sneller blijkt als de Wetlands Safari-groep elkaar ontmoet op een zonnige vrijdagochtend op het busstation van Amsterdam Centraal. Toevallig zijn het dit keer allemaal kanoliefhebbers uit Amerika: vier uit de staat Utah en drie uit Californië. Nederlanders boeken relatief weinig zo’n dagje weg in de natuur, is de ervaring van Majel Tromp, de oprichter van Wetlands Safari.

De groep bestaat dit keer enkel uit Amerikanen
Wetlands Safari bij Amsterdam
Bus 305 rijdt in goed tien minuten van Amsterdam CS naar Watergang Dorp. Watergang, ik had nog nooit van dit schattige dorp met hoog Wim Sonneveld-gehalte gehoord. Het is met pak ‘m beet 400 inwoners dan ook bescheiden van formaat. Maar het heeft sinds het ontstaan in de 12de eeuw wel een respectabele leeftijd bereikt. In het café krijgen we koffie/thee of frisdrank. Plus uitleg over enkele Nederlandse bijzonderheden als het gaat om de connectie met water. In positieve of negatieve zin. Er komen dus overstromingen aan bod zoals de watersnoodramp uit 1953, het aanleggen van de deltawerken en het maken van nieuw land in wat ooit de Zuiderzee was.

Wat een rust, op tien minuten bussen vanaf Amsterdam
Kanoën, ook voor beginners
Buiten liggen de kano’s al klaar. Enkele tips van Majel: zorg dat je altijd in het midden van de kano zit, buk diep bij de lage bruggen en stuur niet teveel want dan remt de boot af. Appeltje, eitje. Alle kostbare spullen gaan in witte tonnetjes en dan kunnen we weg. Via smalle slootjes kanoën we door Watergang. Idyllisch, pittoresk, het zijn een beetje uitgemolken woorden maar zó van toepassing op wat we zien. Langs de slootjes staan prachtige, vaak houten huizen, de tuinen vol met bloeiende planten en de blauw-met-witte wolkenlucht maakt het oer-Hollandse plaatje compleet. De drukte van Amsterdam CS is snel vergeten. Hier zijn we alleen met ons groepje en horen we als er even stoppen met peddelen enkel ruisend riet en tsjilpende vogels. We worden er zelf ook stil van.

Bijna botsing tijdens de Wetlands Safari

Peddelen door het pittoreske Watergang
Wetlands Safari: één met de natuur
Zonder problemen steken we het Noord-Hollandskanaal over en dan zijn we echt alleen nog maar omringd door water, planten en hier en daar een boompje. Dit is het Nederland van oude schilders. Opeens is er een klein bos met berken met hun mooie witte bast. Dan varen we door een doolhof van smalle slootjes tussen meer-dan-manshoog riet. Majel woelt met haar peddel diep in de modder en een geur van rotte eieren omringd ons. In de bodem zit gas afkomstig van het turf. Eigenlijk kanoën we niet in slootjes tussen land maar in slootjes tussen drijvende eilanden van trilveen.

Kanoën door een doolhof van slootjes omzoomd door riet
Cultuurlandschap Ilperveld
We zijn in Ilperveld, een 12.000 ha groot natuurgebied van polder- en moerasland. Nou ja, natuur. “Natuur in Nederland is vrijwel altijd handmade, het is meer een cultuurlandschap”, aldus Majel. Maar dat maakt de Amsterdam Wetlands niet minder mooi. Ilperveld is het leefgebied van vele weide- en watervogels. Een van de bekendste is de grutto, de nationale vogel van Nederland. Ze komen in maart met tienduizenden tegelijk naar ons land. Ze broeden hier en als hun jongen groot genoeg zijn om een behoorlijke afstand te kunnen vliegen, vertrekken ze, zo eind juni. De grutto is een carnivoor. In Ilperveld wordt de waterstand hoog gehouden zodat de grutto zonder moeite met zijn lange snavel de zachte modderbodem in kan.

Fotomoment: overvliegende ganzen

Je komt zelden iemand tegen in natuurgebied Ilperveld
De grond beweegt onder je voeten
De tijd vliegt voorbij. We koersen naar een van de drijvende eilanden om even de benen te strekken. Het voelt vreemd, alsof je op een luchtkussen loopt. Als je springt, zie en voel je de grond bewegen. Op het trilveen blijkt van alles en nog wat te groeien. Veenmos bijvoorbeeld, dat fungeert als een soort spons. Het kan 42 keer zijn gewicht aan water absorberen. Even knijpen en er loopt zo een staaltje water uit. Het mos is te gebruiken als luier en is bovendien antiseptisch dus goed voor op een wondje. Majel vertelt dat het hoge riet altijd in de winter geteeld wordt, het liefst als het vriest dan kun je overal lopen. We passeren zonnedauw, een vleesetend plantje, en leren over een andere plant die als kaarslont gebruikt kan worden. Al springend op de verende ondergrond komen we terug bij de aanlegsteiger.

Wandelen over trilveen, een bijzondere gewaarwording

Zonnedauw, een vleesetend plantje op het trilveen in natuurgebied Ilperveld

Veenmos heeft geen wortels en kan 42 keer het eigen gewicht aan water absorberen
Lunchen op trilveen
Uit de enorme tas die Majel bij zich heeft, komt een zeer uitgebreide lunch met vooral streekproducten tevoorschijn. De fruitsapjes van Eerlijk & Heerlijk zijn fantastisch. Majel heeft ze zelf bij de tuinder in de Beemster gehaald. Maar de Amerikanen slaan vooral aan op de kaas. Eén jochie blijft ervan eten. Het is jammer dat we pas daarna de verse munt vinden die langs de slootkant groeit. Een kopje verse muntthee zou een lekkere afsluiter van een perfecte lunch geweest zijn.

Lunchen met streekproducten tijdens de kano-tour in natuurgebied Ilperveld

Picknicken op Het Braamstuk in natuurgebied Ilperveld

Na de lunch hebben we weer genoeg energie voor een stukje kanoën
Zwemmen in het Nonksloot
Genietend van dit oer-Hollandse landschap peddelen we weer richting Watergang. Wie wil kan even zwemmen in Nonksloot, een grote plas ontstaan door het afgraven van turf. Nieuwgierige pinken komen naar de waterkant. Even checken wat die mensen doen. We staren elkaar aan en dan beginnen ze nonchalant aan de kano te knabbelen. Tijd om te gaan. Nog een drankje op het terras en dan springen we weer in de bus, op weg naar Amsterdam. Wat een heerlijke dag. Ook voor Nederlanders leuk en leerzaam.

Koeien zijn niet weg te slaan bij de kano’s

Nieuwsgierige pinken knabbelen aan de kano

De weidse natuur helemaal voor ons groepje
Ook per kano de wetlands verkennen?
Majel Tromp van Wetlands Safari gaat al zo’n 25 jaar met mensen op pad in dit polderlandschap op steenworp afstand van Amsterdam. Je kunt kiezen voor een kano-dagtocht (inclusief lunch) of een avondtocht (incl. borrel-picknick). Voor iedere deelnemer doneert Majel een bedrag aan Landschap Noord-Holland. Die organisatie is mede verantwoordelijk voor het behoud van deze prachtige achtertuin van Amsterdam.

De koeien worden met boten naar de weilanden gebracht

Kanoën door Watergang
Duurzaam slapen: hotel Jakarta in Amsterdam
Ben je helemaal in de duurzame modus, dan is hotel Jakarta een perfecte keuze om te overnachten. De locatie aan het IJ en op loopafstand van Amsterdam Centraal Station is heel relaxt. En in de binnentuin waan je je zomaar in de jungle. De naam hotel Jakarta verwijst trouwens naar de tijd toen van hier de boten naar Indonesië vertrokken. Vandaar ook de tropische getinte inrichting van de kamers.
MEER VAARTOCHTEN
Geen zin om zelf te kanoën? Dan is een tocht door de Amsterdamse grachten een goed idee. Helemaal leuk als je met rederij Lampedusa meegaat. Kapitein en gids zijn daar vluchtelingen.

Rederij Lampedusa in Amsterdam
Of vaar met een boot plus gids door Eilandspolder. Ook al zo’n mooi Noord-Hollands polderlandschap, bij de dorpjes De Rijp en Den Ilp.

Wat een rust, varen door de polders
Fietsen door het Vechtdal betekent grensoverschrijdend fietsen. De Overijsselse Vecht (zoals wij hem noemen) stroomt van het Duitse Darfeld in Münsterland tot het Nederlandse Zwolle waar de rivier uitmondt in het Zwarte Water. Ik volgde twee dagen fietsroute LF16.

Fietsen in het Vechtdal betekent soms ook de rivier oversteken
De hele Vechtdal fietsroute LF16 is 225 kilometer lang. Voor mij iets te ambitieus om in twee dagen te rijden, al was het maar omdat ik ook graag afstap om de natuur te bewonderen en lokale lekkernijen te proeven. Mijn minivakantie begint daarom in het Duitse Nordhorn, een stad die letterlijk omarmd wordt door de Vecht.
Nordhorn: Paradijs voor koopjesjagers
Wandelend door Nordhorn hoor je opmerkelijk veel Nederlands. De stad blijkt een populaire winkelstad te zijn voor mensen die net over de grens wonen. Omdat het winkelaanbod anders is, maar ook omdat veel producten in Duitsland aanzienlijk goedkoper zijn dan in Nederland. Het reisgeld heb je zó terugverdiend. Niet geïnteresseerd in winkelen? Slenter dan zeker even het Stadtpark in. Dit was ooit de privétuin van een rijke textielbaron. Nu is het een openbaar park vol bijzondere bomen en kleurrijke planten. En er is een zalig terras van bistro/café Zeitlos im Park, dé plek voor even helemaal niets.

Het Stadtpark in Nordhorn was ooit de privétuin van een rijke textielbaron

Het terras van bistro/café Zeitlos im Park in Nordhorn
Kunstmatig meer: de Vechtesee
Bij Nordhorn stroomt de Vecht het Vechtmeer in, splitst en loopt rond oude stad om dan weer als één rivier verder te stromen richting Zwolle in Nederland. Die Vechtesee is een kunstmatig meer. De Vecht nam al stromende veel zand mee en een groot deel van dat zand belandde in Nordhorn. Daardoor kwam de rivier steeds hoger te liggen en waren er geregeld overstromingen. Uiteindelijk is in twee jaar tijd zoveel zand weggezogen dat er een fors meer ontstond, de Vechtesee. Iets verderop ligt een fikse heuvel, het resultaat van het zand dat uit het meer gehaald is.

Het Riverside hotel aan de Vechtesee in Nordhorn
Vechtdal: relaxen op het water
Vóór ik op de fiets stap, wil ik nog even het water op. Dat kan in Nordhorn op verschillende manieren. Lekker sportief met een kano (€ 15,- voor 3 uur), een waterfiets (voor € 3,50 p.p.p.u.) of heerlijk relaxt met een rondvaartboot (€ 7,- p.p. voor een uur) waarbij je ook nog volop informatie krijgt over het heden en verleden van de voormalige textielstad Nordhorn. Ik scheep in voor een rondje over de Vechte (zoals de Vecht in Duitsland heet) en de Vechtesee. Ik leer dat de Vecht ontspringt bij Darfeld in het Duitse Münsterland. Even later passeren we een platbodemboot in de oude haven van Nordhorn. De naam Jantje verraadt dat het schip Nederlandse roots heeft. Wij varen verder, bukken zo nu en dan diep voor lage bruggen en komen meer te weten over het textielverleden van Nordhorn. Tot de jaren ’80 vorige eeuw was de textielindustrie voor veel inwoners een belangrijke werkgever. Nu zijn verschillende industriële panden omgebouwd tot hippe woonwijken, met huizen pal aan het water. Leuk wonen.

Platbodem Jantje in de oude haven van Nordhorn

De St. Augustinus Kirche in Nordhorn, Duitsland
Fietsen in het Vechtdal
De volgende ochtend ga ik op zoek naar de bordjes LF16b Vechtetalroute. Zij vormen mijn gids deze fietsvakantie. Al snel verlies ik de Vecht uit het oog, maar vanaf Emlichheim loopt het fietspad pal langs de rivier. Op een kilometer of 6 à 7 van Laar kun je kiezen om linksaf of rechtsaf te gaan. Rechts natuurlijk, vanwege het Kurbelfähre über die Vechte ofwel met een zelfbedieningspontje de Vecht oversteken. En dan is het nog maar een klein stukje over een dijk naar de molen bij Laar. Daar aan de Vecht ligt ook de aanlegsteiger voor de Vechtezomp, een 200 jaar oude platbodemboot die als thuisbasis Gramsbergen (NL) heeft. Maar daarover later meer. Een uitgebreide bezichtiging van de molen kan ook achterwege blijven. En ja, over het waarom ook later meer.

Na Emlichheim loopt het fietspad pal langs de Vecht

Naar de overzijde van de Vecht met het pontje

De Vechtdalroute staat overal goed aangegeven

In alle vroegte fietsen langs de Vecht in Duitsland
Micro-brouwerij Mommeriete
Al snel na het verlaten van Laar veranderen de Duitstalige Vechtetalroute bordjes in Nederlandstalige bordjes Vechtdalroute. En eenmaal op Nederlands grondgebied duurt het niet lang voor micro-bierbrouwerij Mommeriete in Gramsbergen in zicht komt. Jottem, wat een fijn terras aan het water! Maar loop voor je neerploft zeker even naar binnen, want dit huis deed eeuwenlang dienst als huiskamercafé. Terwijl schippers en andere bezoekers genoten van hun biertje, lagen de kinderen al in de bedstee te slapen. In dezelfde ruimte! Aan het interieur van het schipperscafé is door de eeuwen heen nauwelijks iets veranderd. In de aangrenzende ruimte staan de koperen ketels waarin tegenwoordig bier gebrouwen wordt. In de wintermaanden kun je hier zelfs een workshop bierbrouwen volgen. Bier proeven kan het hele jaar door! Soms zit het mee…

Het interieur van huiskamercafé Mommeriete

Biertje van microbrouwerij Mommeriete in Gransbergen
Varen met de Vechtezomp
Na de lunch bij bierbrouwerij Mommeriete stap ik in de Vechtezomp. De Vechtezomp is een platbodemboot van 200 jaar oud die in ongeveer een uur over de Vecht naar Laar (D) vaart. Jawel, dat plaatsje waar die molen stond, en terug. Onderweg krijg je terwijl je geniet van het uitzicht uitleg over het landschap, de bewoners van het Vechtdal en de geschiedenis van dit bijzondere gebied. Heerlijk, even uitwaaien en de benen rust gunnen. En genieten van de stilte want de oude schuit heeft wel een moderne elektromotor. In Laar heb je een uur de tijd om de molen en de omgeving te verkennen. Daarna vaart de Vechtezomp terug naar Gramsbergen. Met een sympathiek prijskaartje van slechts 14 euro p.p. een must do tijdens je fietsvakantie in het Vechtdal.

De Vechtezomp legt een uurtje aan in Laar, Duitsland

De molen van Laar in Duitsland

Met de fluisterstille Vechtezomp van Gransbergen naar Laar en terug

Boerderijen langs de Vecht
De Vecht krijgt ruimte
Meanderend door het Overijsselse landschap (wat is het hier mooi!) passeer ik Hardenberg om via het natuurgebied Rheezermaten in Rheeze te belanden. In dit gebied krijgt de Vecht weer ruimte om te meanderen zoals de rivier vroeger ook deed. Hoe het er hier eeuwen geleden uit zag, is gemakkelijk voor te stellen als je brinkdorp Rheeze binnen fietst. De brink was de plek waar de dieren zomers verbleven. Ook al grazen er geen koeien of schapen meer op de brink, wel staan er rond de oude grasvelden enkele Saksische boerderijen in originele staat. In één ervan zit sinds enkele jaren Theetuin De Rheezer Kamer.

Een van de Saksische boerderijen nu de Rheezer Kamer, een B&B en theetuin

Mooie boeketten op tafel maken de Rheezer Kamer extra sfeervol
Theetuin de Rheezer Kamer
Bij deze monumentale boerderij moet je op zonnige dagen bijna vechten om een plekje op het sfeervolle terras. Want de theetuin ligt niet alleen aan de Vechtdal-fietsroute maar óók aan het Pieterpad. Maar zonder vele wandelaars is dit monumentale dorpje een en al rust. Een van de Saksische boerderijen is nu de Rheezer Kamer, een B&B en theetuin. Zorg dat je hier rond koffietijd, theetijd of lunchtijd bent voor een koffie of thee met huisgemaakte taart. Om hier te logeren, moet je een beetje geluk hebben. Eigenaresse Astrid transformeerde de potstal tot een prachtige design B&B gastenkamer. En is dus maar één, zeer royale studio (85m2). Maar er wordt gewerkt aan een tweede.

Tijd voor thee en taart bij Theetuin de Rheezer Kamer
Fietsen van Ommen naar Zwolle
In Ommen stal ik mijn fiets voor de nacht. Tijd voor een drankje op het stadsstrand van Hotel De Zon met uitzicht over de Vecht.
Ik zit de volgende ochtend nog maar net op mijn fiets of het is alweer tijd om even af te stappen. Landgoed Vilsteren ligt op een halfuurtje fietsen van centrum Ommen. In het voorjaar is de tuin van dit landgoed een tapijt van paars/blauwe boshyacinten. Over Landgoed Vilsteren lopen verschillende fiets- en wandelpaden en er zijn vijf wandelroutes met ieder een thema uitgestippeld. Tegenover het landhuis staat de Vilterse molen, een achtkantige stellingkorenmolen.

Fietsen onder de bomen bij Vilsteren

Landgoed Vilsteren ligt vlakbij Ommen

De Vilterse molen deed bijna 100 jaar dienst als korenmolen
Zondagsfietsers en racefietsers
Net als ik bedenk hoe heerlijk rustig het deze zondagochtend is op de weg worden we bij sluis De Stuw bijna van de sokken gereden door groepen racefietsers. Ze razen als idioten voort, ondanks het bordje met ‘alleen wandelpad, fietsers afstappen’. De sluiswachter haalt berustend de schouders op. Hij is het gewend. Hij geniet vooral van de mooie omgeving, zijn bekertje koffie en een praatje met mensen die minder haast hebben. Druk heeft hij het niet, zo aan het begin van het voorjaar. Gisteren gingen er exact nul boten door de sluis. Een mooi moment om het sluishuisje te ontdoen van spinnen en bijbehorende webben en het gras te maaien, klinkt het laconiek.

De Vechtdal fietsroute is meestal heerlijk rustig
Uitkijken over het Vechtdal
Net voor Dalfsen trekt de 20 meter hoge uitkijktoren de Stokte van Aterliereen Architecten de aandacht. De toren bestaat uit duurzame materialen en werd gebouwd in het kader van het provinciaal project Ruimte voor de Vecht. Vanaf het plateau op 18 meter hoogte heb je een weids uitzicht over de het vlakke Nederlandse landschap.

De uitkijktoren de Stokte van Aterliereen Architecten
In Dalfsen is het manoeuvreren tussen de kerkgangers die net de zondagsdienst uitkomen. En daarna komt een van mijn favoriete kunstwerken in zicht: de zwevende kei van Dalfsen. Een uit de kluiten gewassen paddenstoel van een liggende steen die perfect balanceert op een klein steentje. Nou ja, zo lijkt het. In werkelijkheid zit het 30 ton wegende brok beton vast aan een constructie die 17 meter in de grond verankerd zit. De Vechtdalroute loopt voor een groot deel parallel aan de kunstroute. En dat betekent dat je links en rechts van het fietspad geregeld moderne kunstobjecten ziet. In totaal staan er in dit grootste openbare openluchtmuseum van Europa ruim 80 werken van hedendaagse kunstenaars.

De zwevende kei van Dalfsen langs de Kunstroute
Koffie met krentenwegge bij Boerhoes
De tijd vliegt voorbij in dit rustgevende landschap van het Vechtdal. Het is alweer koffietijd als we Hof Boerhoes in Dalfsen in het oog krijgen. Natuurlijk is het tijd om de fietsen te stallen. Het terras in de perenboomgaard ligt er uitnodigend bij. Maar net nu begint het zachtjes te regenen. Gelukkig is er ook een overdekt gedeelte waar een houtvuur knapperend brandt. Eigenaren Antje en Thomas komen met thermosflessen koffie, thee en de lokale lekkernij krentenwegge en dan wordt het even stil.

Het uitnodigende terras van Hof Boerhoes in het Vechtdal
Slapen op de boerderij
Je kunt bij Hof Boerhoes logeren in een van de drie gastenkamers, in de Bedde & Bruggien, zoals het in het lokale dialect heet. Of je tentje, camper of caravan neerzetten op de boerencamping. De energie wordt opgewekt door zonnepanelen. Gasten mogen zelf groenten en fruit oogsten in de moestuin als ze een beetje meehelpen op de boerderij. Kinderen genieten overdag volop van de scharrelvarkens en de mini-koeien op het erf. Ik zie me vooral ’s avonds zitten op de dijk met uitzicht over de Overijsselse Vecht.

Bij Hof Boerhoes uitkijken over de dijk en het Vechtdal
Het einde van de rivier de Vecht
Bij Berkum leidt de Vechtdalroute in een grote bocht rond het stedelijk gebied van Zwolle. Dit natuurgebied ten noorden van de stad is een van mijn favoriete delen van de route. En dat zo dicht bij het centrum van Zwolle. We rijden een stukje langs het Zwarte Water waarin de Vecht iets verderop geëindigd is. Dan zien we de opvallende opbouw van Museum de Fundatie. En dat betekent het einde van de fietsroute door het dal van de Overijsselse Vecht.

Museum De Fundatie in Zwolle
Naast de Fundatie zit restaurant Villa Suikerberg. Ik eet er een van de lekkerste gepofte tomatensoepen ooit. Daarbij royaal belegde sandwiches die ook al niet te versmaden zijn. Mijn laatste bestemming na een rondje door het oude centrum van Zwolle is het Zwolse Balletjeshuis waar in de kelder nog altijd volgens eeuwenoud recept snoepjes van suikerdeeg gemaakt worden. Lekker voor in de trein naar huis.

Lunchen bij restaurant Villa Suikerberg

Zwolse Boterballetjes worden al eeuwen volgens hetzelfde recept gemaakt
Wil je weten wat er nog meer te doen is in Zwolle? Eerder schreef ik al een blog over de hotspots in de hippe Hanzestad Zwolle.
FIETSEN IN FRANKRIJK
Krijg je geen genoeg van leuke fietsroutes? In Frankrijk fietste ik langs de wijngaarden van de Bourgogne. Een heerlijke kennismaking met goede wijnen, lieflijke dorpjes en imposante kastelen.

Fietsen in de Bourgogne, Frankrijk
Nederland en natuur lijken soms mijlenver uit elkaar te liggen. Toch kun je in elke stad wel enkele groene, paradijselijke plekjes vinden. Prettig om niet altijd ver te hoeven reizen om even dat vakantiegevoel te krijgen. Dit zijn mijn groene favorieten in (en eentje net buiten) Zaandam.

Wandelen over Water in natuurgebied Guisveld
Minibossen in Zaandam
Zaandam was in 2015 de eerste stad in Europa waar een Tiny Forest werd aangelegd. Tiny Forests zijn kleine bosgebiedjes ter grootte van een tennisbaan (plusminus 9 x 27 meter). In het bos staan allemaal inheemse bomen, struiken en planten. Al na enkele jaren ontstaat er een unieke planten- en dierenwereld. Er zijn nu twee minibossen in het Darwinpark in Zaandam, en er staan er meer op de planning.

In Zaandam zijn twee tiny forests en er komen er meer
Kinderboerderij van Albert Heijn
Het Darwinpark werd een jaar of 50 geleden aangelegd en is behoorlijk groot. Behalve de minibossen vind je er een kinderboerderij (geschonken door Albert Heijn) met een natuurmuseum en een boerderijwinkeltje. Ook zijn er vier thematuinen en verder fijne fiets- en wandelpaden. Kijk ook niet vreemd op als je er een kudde schapen ziet grazen.

Een van de kinderboerderijen van Zaandam vind je in het Darwinpark

Bij de Kinderboerderij is ook een insectenhotel

In het Darwinpark in Zaandam zijn vier thematuinen
Schapen door de stad
De schaapskudde is een echte stadskudde. Natuurlijk grazen ze in het groen maar de 250 Kempische heideschapen maken een keer per jaar ook een tochtje dwars door het centrum van Zaandam van het Westerwindpad naar het Darwinpark. Natuurlijk begeleid door een schaapherder en een zeer scherp oplettende bordercollie. Gedurende de zomermaanden grazen ze ook in twee andere parken in Zaandam: Jagersveld en in het Burgemeester In ’t Veldpark.

Schapen lopen dwars door Zaandam, op weg naar het park waar ze zomers grazen

Het verkeer moet even pas op de plaats maken voor de schapen
Stadsparadijs de Heemtuin
Nou woon ik toch alweer ruim 5 jaar in Zaandam, maar pas onlangs ontdekte ik hoe mooi de Heemtuin is. De Heemtuin ligt in het Burgemeester In ’t Veldpark en werd in 1955 aangelegd. De tuin is inmiddels uitgegroeid tot een heerlijk stadsparadijs. Via kronkelige paadjes zie ik allerlei inheemse planten en bomen. Zeker in het voorjaar is dit een heel kleurrijke plek. Ik wandel door een mini-dennenbos en luister naar het geruis van de rietvelden en het gekwaak van kikkers. Met behulp van Google Lens kom ik al snel meer te weten over de bloemen die ik zie. Wat een heerlijke plek is dit.

Tijdens evenementen in de Heemtuin is de theetuin geopend

Op zoek naar kikkers in de Heemtuin in Zaandam
Salade en brandnetelsoep uit de Heemtuin
Enkele malen per jaar zijn er in deze wilde plantentuin evenementen, vooral gericht op kinderen. Goed om te weten dat op de dagen dat er activiteiten zijn, de theetuin geopend is. De dag dat ik er ben, geniet ik hier van huisgemaakte vlierbloesemlimonade en een salade met ingrediënten uit de tuin. Je kunt hier trouwens ook terecht voor advies als je zelf een natuurvriendelijke tuin wilt aanleggen. Nog groen voor thuis nodig? Je koopt in de Heemtuin voor slechts een euro per stuk planten en kruiden. Ze hebben prachtige namen als Canadese fijnstraal, Rood guichelheil, Gele morgenster, Grote pimpernel, Langbladige ereprijs en, mijn favoriet, Muskuskaasjeskruid. Welke planten te koop zijn, hangt af van het seizoen.
Klik op de link voor alle informatie over de Heemtuin, activiteiten en openingstijden.

In de Heemtuin kun je ook terecht voor het kopen van plantjes en kruiden
Buurtcamping: Logeren in het park om de hoek
Op vakantie gaan, dat vindt vrijwel iedereen leuk. Kan dat om wat voor reden dan ook niet (geld- of tijdgebrek bijvoorbeeld), of wil je gewoon je buurtgenoten beter leren kennen, ga dan eens een weekendje naar de buurtcamping. In 2013 begon het concept Buurtcamping met één camping in een park, nu zijn er bijna 40 buurtcampings in evenzoveel parken. In Zaandam doen dit jaar 5 parken mee!

Even melden bij de receptie en je kunt je tentje opzetten op de Buurtcamping
Buurtcamping voor een betaalbare vakantie
Een Buurtcamping is veel meer dan in een tentje slapen. Het is sowieso lekker om in de natuur te zijn. Bij alle campings worden allerlei activiteiten georganiseerd, variërend van broodbakken en koken, tot yoga en andere sporten. Al dan niet voorzien van een verkoelende plens water. Soms is er ook een bibliotheek, of een campingwinkel waar tweedehands spullen verkocht worden. Of waar je kampeerspullen kunt lenen, als je bijvoorbeeld zelf geen tent hebt.

De Buurtcampings zijn razendpopulair en vaak al snel volgeboekt

Je buurtgenoten leren kennen op de Buurtcamping
Leer je buurtgenoten kennen
’s Avonds kruip je gezellig bij elkaar rond het kampvuur en geniet je van een zelfgekookte (of gekochte) maaltijd. Of en wanneer er een er een camping bij jou in de buurt is, zie je op dit overzicht. De meeste buurtcampings zijn gedurende een weekend in juli open.

Samen koken en eten op de Buurtcamping in Zaandam

Er is zelfs een echte campingwinkel op de Buurtcamping in Zaandam
Natuurgebied Guisveld – wandelen over water
Okay, even smokkelen. Mijn laatste groen-tip ligt net buiten Zaandam maar wel in Zaanstad. Dit gebied móet in het lijstje omdat het iets unieks biedt. Wandelen over water, hoe leuk is dat. Toen ik een foto zag van iemand die moeiteloos over een sloot liep, was ik verkocht. Dat wilde ik ook. Het was even geduld hebben want lopen over water kan maar twee dagen per jaar (tijdens het pinksterweekend) in het natuurgebied Guisveld. Ik heb geluk, als ik bij Wormerveer uit de trein richting beginpunt loop, passeer ik een tafeltje waar je informatie kunt krijgen én vanwaar de boottoertjes vertrekken. Op internet waren ze uitverkocht maar ter plekke kan ik nog twee plaatsen reserveren.

Tijdens het Wandelen over Water event kun je ook een boottocht maken
File tijdens het wandelen
Maar eerst loop ik de vier kilometer lange wandelroute dwars door de polder. Met inderdaad als hoogtepunt de sloot waar je overheen kunt lopen zonder nat te worden. Nou ja, waterdichte schoenen zijn handig. Ook al omdat door veel regen de voorgaande dagen de rest van het onverharde wandelpad door het moerassige natuurgebied snel in een modderpad veranderd. De wandeling is populair. Bij de brug die net onder het wateroppervlakte ligt, staat een bescheiden file van mensen die heel graag middenop de brug op de foto willen, zonder anderen erbij. Natuurlijk moet er bewijs zijn van dat wandelen over water.

Twee dagen per jaar is natuurgebied Guisveld geopend voor publiek

Natuurgebied Guisveld in Zaandijk,

Het kan echt: wandelen over water in Guisveld
De roep van de roerdomp
Op verschillende plekken langs de route staan boswachters en vrijwilligers die uitleg geven over bijvoorbeeld het rare geluid dat ik hoor. Het blijkt de roerdomp te zijn. Een rietkleurige vogel die zich niet laat zien maar dus wel laat horen. En dat schijnt best bijzonder te zijn. Je kunt ook met telescopen op zoek naar vliegend spul. En kinderen kunnen waterdiertjes vangen en krijgen daarover uitleg.

Rennen over water lukt ook!

File tijdens het Wandelen over Water in Guisveld
Varen door de polders van Guisveld
Maar ik ga terug naar het beginpunt om daar in een schuit te stappen waarmee ook de koeien naar hun weilanden gebracht worden. Vandaag is de boot gelukkig voorzien van banken en kussentjes. Boswachter Inga geeft tijdens de route tekst en uitleg over veenpolder Guisveld en de bewoners/gebruikers. Het gebied richt zich op het behoud van weidevogels. Vandaar dat er bijvoorbeeld voor 15 juni niet gemaaid mag worden. Behalve dan door de koeien die ons hier en daar vrijpostig aanstaren. Het is nog vroeg dus ik heb na de boottocht nog tijd om nog een keer een stuk te wandelen. Het gebied is tenslotte maar twee dagen per jaar open. En de zon schijnt uitbundig…

Relaxen tijdens het Varen over Water

Ganzen, roofvogels, grutto’s, er zijn veel vogels te zien tijdens de boottocht

De koeien worden met boten naar de weilanden gebracht in natuurgebied Guisveld

De grutto in vogelvlucht
De boottocht kostte in 2019 vijf euro, het wandelen en alle activiteiten onderweg waren gratis. Hou deze website van Staatsbosbeheer in de gaten voor activiteiten in Guisveld en andere groene gebieden in de regio.
Begin juni staat de regio Brda in Slovenië in het teken van het kersenfestival. Ik maakte tijdens het Cherry festival een wandeling door de kersenboomgaarden, at kilo’s kersen én proefde heerlijke wijnen.

Zelf kersen plukken tijdens het wandelen in Brda, Slovenie
Er zijn grenzen. Als begin juni de temperatuur al boven de 30 graden komt, dan is 16 kilometer wandelen in de heuvelachtige Brda regio in Slovenië een behoorlijke uitdaging. Vroeg beginnen is dus het devies, en dat doen vele Slovenen die aan de start verschijnen in Dobrovo. Ze zijn gekleed op een dag op het platteland zou je in Nederland zeggen maar ‘in the countryside’ is een betere omschrijving voor het beslist niet vlakke land van dit deel van Slovenië. Stevige wandelschoenen hebben ze aan, iets voor op het hoofd, korte broek en wandelstokken. De sfeer is goed. Dobrodojce, klinkt het continu, ‘hallo’, iedereen groet elkaar. Bekenden en vreemden.

De kersenwandeling gaat door dalen en over heuvels
Het Toscane van Slovenië
Het landschap is prachtig in deze regio in het westen van Slovenië. Als je het met iets zou moeten vergelijken, dan komt Toscane het meest in de buurt: glooiende heuvels met wijngaarden, her en der een olijfboom, cipressen en natuurlijk kersenbomen. Altijd al een belangrijk gewas voor de bewoners van deze streek want na een lange winter waren de kersen als eerste rijp en dus kon er weer geld verdiend worden.

Wijngaarden in Slovenië

De kersenroute, een wandeling tijdens het kersenfestival in Slovenië
Kersenfestival: vijftig soorten rood
Er zijn in de regio ongeveer vijftig verschillende soorten kersen, leer ik, variërend van bijna zwart tot helder oranjerood. Langs de weg staan zo nu en dan tafeltjes met daarop bakken vers geplukt fruit. Voor een paar euro heb je een kilo. Maar de meeste wandelaars plukken langs de route hier en daar zelf een handje fruit van de bomen. Wat zullen de eigenaren daarvan vinden? Wellicht calculeren ze dat gewoon in zodra ze weten dat de route dat jaar door hun boomgaarden gaat.

Bakken vol net geplukte kersen tijdens het kersenfestival in Slovenië

Kersen zijn er in vele kleuren en smaken
Wandelen door de boomgaarden
Slechts een deel van de wandelroute gaat namelijk over de weg maar het grootste deel loopt dwars door wijn- en boomgaarden. Steeds weer duiken we de dalen in om daarna te stijgen naar een van de 45 dorpjes op de heuvels van Brda. Op enkele punten zijn stopmomenten ingelast waar je je flesje kunt vullen met fris water. Maar soms ook is er limonade, allemaal gratis. Het gekke is, na enkele dagen in Slovenië ben ik al zo gewend aan het gastvrije karakter van de inwoners dat het me niet eens meer verbaast dat het niets kost.

Kersen plukken tijdens het wandelen door de boomgaarden
Kersenfestival en Smartno
We passeren Šmartno dat prachtig op de top van een heuvel ligt. Het middeleeuwse dorp Šmartno was in de 16de eeuw een verdedigingsbolwerk, niet bedoeld om te wonen. Pas later werden binnen de dikke muren huizen gebouwd. De architectuur is bijzonder. De afvoer van de openhaard zit aan de buitenkant van de muur en eindigt in een hoge schoorsteen. Hoe hoger die was, hoe rijker de bewoner. Verder hebben de huizen houten balkons en overhangende daken die aan de onderkant betegeld zijn.

Een van de mooiste stadjes van de regio is Smartno
Shoppen in Smartno
Het dorp wordt volop gerestaureerd en inmiddels wonen er 42 mensen. Een museum en galerie geven een kijkje in het leven in Šmartno, vroeger en nu. En loop zeker even binnen bij Nona Luísá, een schattig winkeltje waar eigenaresse zelfgemaakte crèmes en zeep verkoopt, met enkel natuurlijke ingrediënten. Šmartno ligt in de regio Goriska Brda, bekend vanwege de uitstekende wijnen en die zijn weer te proeven in de wijnkelder in het kasteel van de stad Dobrovo.

In Smartno vind je schattige winkels met eigengemaakte producten

Olijfolie proeven in Smartno, Slovenië
Sloveense wijnen proeven
Tegelijkertijd met het kersenfestival is ook het weekend van de open dagen van de wijnkelders. Daaraan doen ongeveer 25 wijnproducenten mee. Het idee is dat je voor een vast bedrag een wijnglas en een tasje (waar het wijnglas in past) koopt. Vervolgens kun je langs alle deelnemende wijnmakers gaan en hun wijnen proeven. Leuk om de verschillen te zien tussen de relatief grote wijnhuizen als Čarga waar op de binnenplaats een bandje speelt en mensen dansen en de kleine wijnboeren.

Tijdens het festival kun je ook wijnen proeven bij wijnboeren

Ook wijnhuizen openen hun deuren tijdens het festival
Zelf wijn tappen
Behalve wijn is er ook kaas is zoals de Tolminc, een kaas die op Parmezaan lijkt maar net iets zachter van smaak is. En natuurlijk de prosciutto, Slovenen zijn vleeseters. De wijn die je bij wijnhuis Čarga echt moet proeven is de rode Dona Regina bubbelwijn, was me al verteld. En inderdaad, het is een heerlijke, bijzondere wijn. Mijn volgende stop is een heel kleine wijnboer waar in een kleine kelder stalen vaten staan. Ik mag zelf mijn glas vullen! De Pinot steelt mijn hart, heerlijk zacht met een beetje vanille, daarvan neem ik een fles mee, om thuis nog eenmaal herinneringen op te halen aan deze prachtige regio.

Wandelen langs wijngaarden in de Brda-regio, Slovenië
Kersenfestival in Slovenië
Begin juni wordt de Kersenwandeling georganiseerd maar het hele jaar door zijn er gemarkeerde routes die dwars door de regio Brda gaan. Dus je kunt hier ook fantastisch wandelen in het voorjaar als de kersenbomen bloeien, of tijdens de oogsttijd van de druiven later in het jaar.

Tijdens het kersenfestival wordt er natuurlijk ook gegeten en gedronken
MEER WANDELEN
Hou je van wandelen, dan zijn de Italiaanse Dolomieten ook een prachtige bestemming. Voor relaxte wandelingen met behulp van liften of het uitdagender werk waarbij je zelf naar de top wandelt.

Een rondje in Val Venegia, Italië
Natuur is één van de redenen waarom ik zo graag in Italië ben. Eten is een goede tweede! En ik ben in goed gezelschap. Hier mijn tips voor top restaurants in Trentino.
Italië en eten zijn bijna synoniem. Als je een Italiaan op Facebook volgt, merk je dat het zelden over politiek of de crisis gaat maar des te vaker over eten. Italianen raken pas echt van slag als ze lezen over pizza met ananas of pasta met tomatensaus uit de magnetron.

Restaurants in Trentino: bio-boerderij Agritur Dalaip dei Pape
Biologisch lunchen op de boerderij
Ben je in de buurt, ga dan zeker naar bio-boerderij Agritur Dalaip dei Pape (loc. Dalaibi (vlakbij passo Cereda), Primiero). De ligging alleen al: op een heuvel omgeven door bergtoppen. Alleen vanwege het uitzicht zou ik hier al een paar uur op het terras willen doorbrengen. De broers Massimo en Daniele zwaaien hier de scepter op deze biologische boerderij. Daniele staat in de keuken, Massimo geeft me een rondleiding over de boerderij. Ik pluk kruisbessen en bosaardbeitjes, volg de kippen op hun tocht door de velden en bewonder hun eieren. Massimo geeft en route uitleg over de verschillende biologische kruiden waarna we doorlopen naar de bijenkorven. Massimo haalt een soort zeef uit een van de korven met daarop bijenpollen in allerlei kleuren. Er zijn in totaal 17 kleuren, afhankelijk van de bloemen waarop de bijen veel komen. Nooit gerealiseerd dat dat zo is.

Massimo geeft me een rondleiding over boerderij Agritur Dalaip dei Pape

Versgeplukt fruit in Trentino, Italie

Verschillende kleuren bijenpollen
Een deel van al dat lekkers uit de tuin zie ik terug op mijn bord als ik aan tafel zit, met dat heerlijke uitzicht op de Dolomieten in de verte. Terwijl een roofvogel een prooi zoekt, geniet ik van versgebakken brood met anijszaad en rucola van de boerderij. De plannen voor de rest van de middag vergeet ik.

Uitzicht over de Dolomieten, Trentino, Italie
Tip: restaurants in Trentino
Na een paar dagen in Trentino ben ik er bijna van overtuigd dat je bij elk restaurant waar je binnenloopt fantastisch kunt eten. Alles is zo heerlijk vers en vol van smaak want zongerijpt. Veel ingrediënten komen uit de buurt want Trentino is een vruchtbare regio. Hier enkele fijne restaurants waar ik genoot van lunch of diner.
- Bij La Primoteca in Predazzo ligt het zwaartepunt op pastagerechten. Je kunt kiezen uit huisgemaakt of pasta van Felicetti, de beroemde pastafabriek uit Predazzo. Wat hun pasta anders maakt dan andere soorten is het water dat ze gebruiken. Heel puur, het stroomt zo van de Dolomieten. Felicetti is de hoogste pastafabriek ter wereld, beweren ze zelf. Hoef je niet meer te rijden, bestel er dan een fles Brezza Riva bij, een heerlijk droge spumante uit de Trentino regio.

Bij La Primoteca in Predazzo ligt het zwaartepunt op pastagerechten
- Pizzeria Excelsior in Cavalese kies je voor een gourmet pizza op niveau. Alessandro Gilmozzi staat al ruim 20 jaar in de keuken. Naast zijn Michelinster-restaurant El Molin, heeft hij dus ook een pizzeria. Gilmozzi gebruikt moedergist, dat gist in de kom en niet in je buik, zo wordt beweerd. Het levert in elk geval een heerlijke bodem op.

Restaurants in Trentino: Pizzeria Excelsior in Cavalese
- Locatie, locatie, locatie, daarvoor ga je naar restaurant Miola in Predazzo (maar dan buiten het dorp, met uitzicht over de vallei). De sfeer is huiselijk en het eten lekker traditioneel. Kok Elisabeth serveert in deze voormalige boerderij het eten van een traditionele bergkeuken. Dit is een plek waar ik graag nog een keer aanschuif.

Kok Elisabeth maakt verse pasta

In restaurant Miola in Predazzos krijg je veel verse, biologische groenten
MEER ITALIE

Altopiano delle Pale in Trentino

Camping Calvello in Trentino, Italie
In de Duitse Bocht liggen tientallen Duitse Waddeneilanden, bewoond en onbewoond. Dus als je alle Nederlandse Waddeneilanden gezien hebt, is het tijd om naar de buren te gaan.

Even in je eigen wereldje in een Starndkorbe op Sylt
Sylt, het chique eiland
Sylt is de meest noordelijke van de Duitse Waddeneilanden. Het eiland schurkt genoeglijk tegen Denemarken aan. Sylt is eigenlijk niet meer dan een lange, smalle strook land met 40 kilometer strand. Het eiland wordt jaarlijks met tonnen zand aangevuld omdat de Waddenzee er vooral neemt en weinig geeft. En met een eiland dat op sommige punten slechts 500 meter breed is, kun je niet al teveel missen.

Fietsen naar de vuurtoren op Sylt (Duitsland)
Duitse Waddeneilanden en Strandkorbe
Eén blik op dat strand bij het dorp Kampen en je begrijpt waarom Sylt zo populair is. Het zachtgele zand staat vol met witte Strandkorbe met blauw/witte kussens. Deze tweepersoons strandstoelen bieden bescherming tegen zon, wind en eventueel de spiedende ogen van andere gasten.

Genieten van de zon op Waddeneiland Sylt
Couture op het strand
Iets eten of drinken met uitzicht op zee is natuurlijk geen probleem. Restaurant Kaamps7 (het vroegere Grand Plage) bij Kampen ligt in de duinen en deze sunset locatie is zó populair dat reserveren voor een diner is aan te raden. Verder naar het zuiden ligt Sansibar, de meest hippe strandtent van het eiland en beroemd in heel Duitsland. De rich & famous komen er onder meer voor de grote collectie wijnen. Sansibar ligt afgelegen in een duinpan beschut tegen de wind, vlak aan het strand. Het terras, de picknickbanken in het duin en de trap voor de standtent zijn altijd afgeladen vol met trendy gasten in een opvallend couture-outfitje.

Lunchen aan het strand in Sylt. Grand Plage heeft inmiddels een nieuwe eigenaar

Lunchen bij restaurant Sansibar op Sylt
Sylt: Keitum en Kampen
Dorpen vol met oude huizen met rieten daken maken ook dat Sylt zo’n aantrekkelijk eiland is. Vooral Keitum is de perfectie zelve met witte, sprookjesachtige huizen met rieten dakdekking. Daar woonden vroeger de kapiteins, nu zijn er restaurantjes, winkeltjes en theetuinen. Allemaal mooi, verzorgd en uitnodigend.
In het mondaine Kampen hebben Bulgari, Hermes, Joop!, Vuitton en andere dure merken in de oude pandjes een aantrekkelijk onderkomen gevonden. Chic en charmant. En dan is er natuurlijk de natuur.

Je kijkt je ogen uit al fietsend over waddeneiland Sylt

Op Sylt staan vele prachtige, rietgedekte huizen

Sprookjesachtig Sylt, het meest chique Duitse Waddeneiland
Natuurgebieden op Sylt
“Fiets zeker even naar het natuurgebied de Ellenbogen, het meest noordelijke stukje van Sylt én van Duitsland”, raadt de eigenaresse van het hotel waar ik logeer aan als ik haar ’s morgens bij het ontbijt om tips vraag. De fietstocht er naartoe door duinen met paarse, bloeiende heide en langs loslopende schapen is verrukkelijk rustgevend. Rond de Ellenbogen staat de wind standaard op standje storm. Hier trotseren natuurliefhebbers de elementen. Zorgvuldig geföhnd haar van chique wandelaars verandert in een minuut in een ongecontroleerde warboel. Ook dit is Sylt.

Schapen hebben volop de ruimte op het eiland Sylt

Hoe sterk is de eenzame fietser… op Sylt

Uitwaaien op het uiterste noordpuntje van Sylt

Op Sylt vind je bijna altijd wel een rustig stukje strand
Föhr, het familie-waddeneiland
Hoe anders is de sfeer op het gemoedelijke Föhr. De eerste toeristen kwamen in 1819, 61 mensen om precies te zijn. Nu nemen jaarlijks 150.000 vakantiegangers de veerboot naar het eiland, vrijwel allemaal Duitsers. Sylt en Föhr, een groter verschil tussen buureilanden is nauwelijks denkbaar. Al op het vasteland kun je zien wie naar welk eiland gaat, meent Klaus Boje, een bewoner van Föhr: “Normale mensen gaan naar Föhr, die anderen naar Sylt”, lacht hij. Die ‘anderen’ blijken welgestelde Duitsers te zijn. Als de jetset naar Sylt gaat, volstaat ze met de mededeling dat ze naar Het Eiland gaat, de overige 34 Duitse Waddeneilanden voor het gemak vergetend.

Een oude strandkar op het Waddeneiland Fohr
Hallig, de ondergelopen eilandjes
“Föhr is populair bij families omdat het veilig is voor kinderen, meent Klaus: “Het ligt in de beschutting van andere eilanden en daardoor is er geen gevaarlijke branding.” Klaus doceert verder over de hallig, brokjes land uitgestrooid in zee. Sommigen zijn bewoond. Deze eilandjes zonder dijken hebben een groot nadeel: enkele keren per jaar lopen ze onder water. Vandaar dat de huizen allemaal op heuveltjes gebouwd zijn. Voor de kinderen betekent dat dat ze soms 30 tot 35 dagen per jaar niet naar school kunnen.

Een nieuwe dag op Fohr, een van de Duitse Waddeneilanden
Grafstenen met een verhaal
Klaus neemt bezoekers vaak mee naar de begraafplaatsen zoals die van de St. Laurentii kerk omdat daar de historie zo van de stenen af te lezen is. Zo is er de grafsteen met daarop tulpen en rozen. De tulpen hangen; de mannen uit de familie zijn allemaal overleden. De rozen staan alle nog fier overeind: de moeder (grote roos) en de drie dochters leven nog. Er is ook de steen van Matthias Petersen, een walvisvaarder die tijdens zijn leven maar liefst 373 walvissen ving. Vandaar zijn bijnaam Lucky Matthew. Jarenlang verdienden de mannen van Föhr hun geld met walvisvangst. Toen dat minder werd en de inkomsten daalden, vertrokken velen van het eiland, op zoek naar een beter leven elders. “New York is de grootste stad van Föhr”, grijnst Klaus. “Alleen daar al wonen naar schatting tussen de 7000 en 10.000 nazaten van bewoners van Föhr. Ook in San Francisco woont een royale hand vol.”

Een van de rijkversierde kerken van Fohr
Hollandse dijken op Föhr
Vanaf de dijk bij Dunsum is het eiland Amrum te zien. Als zee en wind meewerken, loop je zomaar over het wad naar dit buureiland. Zo niet, dan is een strandwandeling van 15 kilometer van Dunsum naar Wyk een goed alternatief. Of pak de fiets. Diverse routes leiden langs de dorpjes. Favoriet is het dorpje Nieblum. Daar zijn lanen met lindebomen met daartussen de oude Friese huizen van kapiteins en andere rijke lieden. Ik stop even bij het museumpje in Oevenum. De energieke bejaarde Heie leidt me in rap tempo, ononderbroken pratend, rond in zijn museum over het dagelijks leven op Föhr door de eeuwen heen. “Ah, je komt uit Nederland’, bemerkt hij. Waarna hij uitweidt over de Hollandse inbreng door de jaren heen. Nederlanders kwamen hier eeuwen geleden al. Zij bouwden eind 15de eeuw veel van de dijken die het eiland nog altijd tegen de zee beschermen.

Terug in de tijd op het Duitse Waddeneiland Fohr
Kuren op waddeneiland Borkum
Het zou een Nederlands Waddeneiland kunnen zijn zo dichtbij ligt Borkum, op slechts vijftig minuten met de ferry vanuit Eemshaven. Anderhalve eeuw geleden kwamen de rijken al naar Borkum, flanerend over de strandpromenade in chique jurken en strakke zomerpakken. In speciale strandkarren gingen ze de zee in voor een dompeling in het gezonde zilte water.

Moderne Strandkorben op het Duitse eiland Borkum
Wadlopen op Borkum
Geen jurk te zien, wel stoere rubber laarzen tijdens de wadwandeling. Terwijl ik al glibberend in de modder mijn evenwicht probeer te bewaren, legt gids Heinrich uit dat er 2700 soorten planten zijn en 300 tot 600 soorten algen. En dat schelpen zich net onder het zand schuil houden voor hongerige vogels en pas bij hoogwater weer tevoorschijn komen. Opmerkelijk is het verhaal over de schelp die via een lange slurf in het zuurstofloze zwarte zand kan blijven ademen. Uitbundig gelach en besmuikt gegrinnik klinkt bij de demonstratie van het slurfje. In het rappe Duits gaat voor mij als Nederlander zo nu en dan een grap verloren, desondanks is het wadlopen zeer vermakelijk.

Wadlopen over de glibberige modder op het wad van Borkum

Onder en in die modderlaag blijkt nog best veel te leven

Wadwandelen op Borkum, er mag gelachen worden
Zeehondjes in de branding
Nog meer dieren blijken bij eb vlak aan het strand te zien. Tientallen zeehondjes zonnen op de drooggevallen zandbank. Via een wandeling over het strand kun je bij laagwater zomaar op enkele meters afstand komen. De natuur is mooi meegenomen, maar velen komen naar Borkum om te kuren. Vroeger werden de sanatoria druk bezocht. Dat kan nog altijd maar er zijn modernere (en luxere) alternatieven voor mensen zonder kwaaltjes.

Zeehonden spotten op waddeneiland Borkum
Wellness met waddenmodder
Wellnesscentrum Gezeitenland biedt ontspannende behandelingen en er is een zwembad met een speciale attractie: een golfstroom die zo sterk is dat je er zelfs op kunt surfen. Ik kies voor de meest populaire wellnessbehandeling: de Schlickpackung met dezelfde stinkende smurrie die ik tijdens een wadwandeling op de zeebodem zag liggen. Volkomen ontspannen en ondanks een ferme douchebeurt nog altijd ruikend naar modder plof ik enkele uren later neer op de terrasjes op de boulevard met de prachtige bouwwerken in Victoriaanse stijl. Zo dicht bij huis en toch zo anders dan onze eigen Waddeneilanden.

De mooie flaneerboulevard van Borkum
Hoe kom je op de Duitse Waddeneilanden?
Je kunt met de trein naar Sylt. De snelste optie brengt je er in 9 vanaf Utrecht of Amsterdam. Naar Föhr en Borkum gaan (auto)ferries. Ben je eenmaal op Sylt dan kun je met de trein terug naar het vasteland en per bus of zelfs per fiets naar Borkum.
MEER DUURZAME VAKANTIES
Liever naar Frankrijk? Ga dan eens fietsen in de Bougogne.

La Voie des Vignes in de Bourgogne
Of trek de bergen in, de Dolomieten in het noorden van Italië zijn zo fabelachtig mooi en afwisselend.

De Dolomieten in Italie